Hans Eyssen Robbe Dupont Rudy Janssens Anne Van Goidsenhoven Tine Binnemans Bram Van Baelen Kim Donders Suzy Vanderheyden Philip De Greef Ria Verstraelen Herman Van Criekingen Katia Verheyen Jacques Toté Kim Theys Anja Peeten Pieter Coosemans Sabine Wyns Ann Spaepen Marc Van Looy Hans Eyssen Robbe Dupont Rudy Janssens Anne Van Goidsenhoven Tine Binnemans Bram Van Baelen Kim Donders Suzy Vanderheyden Philip De Greef Herman Van Criekingen Katia Verheyen Jacques Toté Kim Theys Anja Peeten Pieter Coosemans Sabine Wyns Ann Spaepen Marc Van Looy Katia Verheyen Philip De Greef Anja Peeten Pieter Coosemans Marc Van Looy Tine Binnemans Hans Eyssen Kim Donders Rudy Janssens Ann Spaepen Bram Van Baelen Anne Van Goidsenhoven Suzy Vanderheyden Jacques Toté Herman Van Criekingen Sabine Wyns Robbe Dupont Kim Theys aantal voorstanders: 13 , aantal onthouders: 5 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van GRD van 02 07 2024
Herziening meerjarenplan - deel gemeente - vaststelling
Voorgeschiedenis
● Raadsbesluit van 17 december 2019
De raad keurt het meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 8 september 2020
De raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 15 december 2020
De raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 14 september 2021
de raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 21 december 2021
De raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 22 december 2022
De raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 12 september 2023
De raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 19 december 2023
De raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Beslissing vast bureau en college van burgemeester en schepenen van 29 februari 2024
De uitvoerende organen beslissen de overdrachten van investeringskredieten van 2023 naar 2024.
● Raadsbesluit van 28 mei 2024
De raad keurt de jaarrekening 2023 goed.
● E-mail van 16 juni 2024 aan de raadsleden.
Het beleidsrapport herziening meerjarenplan 2020-2025 met de toelichting wordt in ontwerp meegedeeld aan de raadsleden. De documentatiebundel ligt vanaf dan ter inzage op het gemeentesecretariaat.
Feiten en context
● In de BBC wordt de beleids- en financiële planning opgemaakt vanuit een meerjarig perspectief. Het meerjarenplan vormt de basis voor het beleid van het bestuur gedurende de hele beleidsperiode. Het jaarlijks budget is geen afzonderlijk beleidsrapport meer, maar is met BBC 2020 geïntegreerd in het meerjarenplan en de herzieningen ervan.
● In het beleidsrapport tussentijdse herziening meerjarenplan dat nu ter goedkeuring aan de raad voorligt, zijn opgenomen :
○ de aanpassing van de kredieten van het lopende dienstjaar 2024, na 6 maanden werking.
○ een beperkte aanpassing van een aantal kredieten voor de dienstjaren 2025-2026.
● Gemeente en OCMW hebben één geïntegreerd meerjarenplan, maar omdat het 2 afzonderlijke rechtspersonen zijn hebben zowel de gemeenteraad als de OCMW-raad een eigen bevoegdheid bij de vaststelling van (de herziening) ervan:
○ De OCMW-raad stelt zijn deel van het (herziene) meerjarenplan vast.
○ De gemeenteraad stelt zijn deel van het (herziene) meerjarenplan vast.
○ De gemeenteraad keurt het deel van het (herziene) meerjarenplan dat de OCMW-raad heeft vastgesteld goed, waardoor het (herziene) meerjarenplan definitief is vastgesteld.
● Het beleidsrapport herziening meerjarenplan 2020-2025 bestaat uit 2 delen :
○ de beleidsnota met
■ De strategische nota met een omschrijving van de verwachte uitgaven en ontvangsten
● voor elk van de 4 prioritaire actieplannen
● voor het totaal van de niet prioritaire actieplannen
■ de financiële nota met
● het financieel doelstellingenplan
● de staat van het financieel evenwicht
● het overzicht van de kredieten (apart voor de OCMW-werking en de gemeentewerking)
○ de toelichting met een motivering van de aanpassingen en de gewijzigde financiële risico's en grondslagen.
● Bij het beleidsrapport herziening meerjarenplan 2020-2025, zit ook nog een documentatiebundel met o.a. het totaaloverzicht van de beleidsdoelstellingen, actieplannen en acties met de ramingen.
● Dit beleidsrapport tussentijdse herziening meerjarenplan geldt meteen ook als opvolgingsrapportering 2024. Het laat de raadsleden toe om de uitvoering van de prioritaire actieplannen in 2024 inhoudelijk op te volgen (zie strategische nota) en om de evolutie van de uitgaven en ontvangsten van het lopende jaar op te volgen (zie documentatiebundel, schema T1 en T2).
● Het ontwerp herziening meerjarenplan 2020-2025 werd besproken in de raadscommissie financiën op 24 juni 2024.
Juridische gronden
● Artikelen 249 t.e.m. 259 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2019.
De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van elk beleidsrapport. Nadat de raden zo het beleidsrapport elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed.
● Besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (BVR BBC).
● Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (MB BBC).
● Omzendbrief KB/ABB 2019/4 van 3 mei 2019 over de strategische meerjarenplannen 2020-2025.
● Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/ van 18 september 2020 over de aanpassing meerjarenplannen 2020-2025 lokale en provinciale besturen.
Adviezen
● Gunstig advies van het managementteam van 10 juni 2024.
Argumentatie
● Het meerjarenplan 2020-2025 is financieel in evenwicht, want het voldoet aan volgende 2 voorwaarden :
○ het geraamd budgettair resultaat is in geen enkel jaar negatief (toestandsevenwicht)
○ de geraamde autofinancieringsmarge voor 2025 is minstens gelijk aan nul (structureel evenwicht)
Bijlagen
● herzieningMJP9_062024_beleidsnota
● herzieningMJP9_062024_documentatie
● herzieningMJP9_062024_toelichting
● ODAA_overzicht_doelstellingen__actieplannen_en_acties_2024_06_05
BESLUIT
Met 13 ja-stemmen van Anne Van Goidsenhoven, Bram Van Baelen, Rudy Janssens, Anja Peeten, Hans Eyssen, Ann Spaepen, Pieter Coosemans, Kim Donders, Suzy Vanderheyden, Marc Van Looy, Katia Verheyen, Philip De Greef en Tine Binnemans
5 onthoudingen van Herman Van Criekingen, Kim Theys, Robbe Dupont, Sabine Wyns en Jacques Toté
Artikel 1.
De gemeenteraad stelt de herziening meerjarenplan 2020-2025, als bijlage bij dit besluit, vast met betrekking tot zijn deel.
Art. 2.
Dit besluit wordt gepubliceerd op de gemeentelijke website.
Hans Eyssen Robbe Dupont Rudy Janssens Anne Van Goidsenhoven Tine Binnemans Bram Van Baelen Kim Donders Suzy Vanderheyden Philip De Greef Ria Verstraelen Herman Van Criekingen Katia Verheyen Jacques Toté Kim Theys Anja Peeten Pieter Coosemans Sabine Wyns Ann Spaepen Marc Van Looy Hans Eyssen Robbe Dupont Rudy Janssens Anne Van Goidsenhoven Tine Binnemans Bram Van Baelen Kim Donders Suzy Vanderheyden Philip De Greef Herman Van Criekingen Katia Verheyen Jacques Toté Kim Theys Anja Peeten Pieter Coosemans Sabine Wyns Ann Spaepen Marc Van Looy Marc Van Looy Suzy Vanderheyden Tine Binnemans Kim Theys Anne Van Goidsenhoven Hans Eyssen Rudy Janssens Katia Verheyen Philip De Greef Kim Donders Ann Spaepen Bram Van Baelen Anja Peeten Pieter Coosemans Jacques Toté Herman Van Criekingen Robbe Dupont Sabine Wyns aantal voorstanders: 14 , aantal onthouders: 4 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van GRD van 02 07 2024
Herziening meerjarenplan - goedkeuring deel OCMW - definitieve vaststelling herziening geïntegreerd meerjarenplan
Voorgeschiedenis
● Raadsbesluit van 17 december 2019
De raad keurt het meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 8 september 2020
De raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 15 december 202
De raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 14 september 2021
De raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 21 december 2021
De raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 22 december 2022
De raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 12 september 2023
De raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Raadsbesluit van 19 december 2023
De raad keurt het herziene meerjarenplan 2020-2025 goed.
● Beslissing vast bureau en college van burgemeester en schepenen van 29 februari 2024
De uitvoerende organen beslissen de overdrachten van investeringskredieten van 2023 naar 2024.
● Raadsbesluit van 28 mei 2024
De raad keurt de jaarrekening 2023 goed.
● E-mail van 16 juni 2024 aan de raadsleden.
Het beleidsrapport herziening meerjarenplan 2020-2025 met de toelichting wordt in ontwerp meegedeeld aan de raadsleden. De documentatiebundel ligt vanaf dan ter inzage op het gemeentesecretariaat.
● Besluit OCMW-raad op heden voor deze OCMW raad stelt zijn deel van het beleidsrapport herziening meerjarenplan vast.
● Besluit gemeenteraad op heden voor deze de gemeenteraad stelt zijn deel van het beleidsrapport herziening meerjarenplan vast.
Feiten en context
● In de BBC wordt de beleids- en financiële planning opgemaakt vanuit een meerjarig perspectief. Het meerjarenplan vormt de basis voor het beleid van het bestuur gedurende de hele beleidsperiode. Het jaarlijks budget is geen afzonderlijk beleidsrapport meer, maar is met BBC 2020 geïntegreerd in het meerjarenplan en de herzieningen ervan.
● In het beleidsrapport tussentijdse herziening meerjarenplan dat nu ter goedkeuring aan de raad voorligt, zijn opgenomen :
○ de aanpassing van de kredieten van het lopende dienstjaar 2024, na 6 maanden werking.
○ een beperkte aanpassing van een aantal kredieten voor de dienstjaren 2025-2026.
● Gemeente en OCMW hebben één geïntegreerd meerjarenplan, maar omdat het 2 afzonderlijke rechtspersonen zijn hebben zowel de gemeenteraad als de OCMW-raad een eigen bevoegdheid bij de vaststelling van (de herziening) ervan:
○ De OCMW-raad stelt zijn deel van het (herziene) meerjarenplan vast.
○ De gemeenteraad stelt zijn deel van het (herziene) meerjarenplan vast.
○ De gemeenteraad keurt het deel van het (herziene) meerjarenplan dat de OCMW-raad heeft vastgesteld goed, waardoor het (herziene) meerjarenplan definitief is vastgesteld.
● Het beleidsrapport herziening meerjarenplan 2020-2025 bestaat uit 2 delen :
○ de beleidsnota met
■ De strategische nota met een omschrijving van de verwachte uitgaven en ontvangsten
● voor elk van de 4 prioritaire actieplannen
● voor het totaal van de niet prioritaire actieplannen
■ de financiële nota met
● het financieel doelstellingenplan
● de staat van het financieel evenwicht
● het overzicht van de kredieten (apart voor de OCMW-werking en de gemeentewerking)
○ de toelichting met een motivering van de aanpassingen en de gewijzigde financiële risico's en grondslagen.
● Bij het beleidsrapport herziening meerjarenplan 2020-2025, zit ook nog een documentatiebundel met o.a. het totaaloverzicht van de beleidsdoelstellingen, actieplannen en acties met de ramingen.
● Dit beleidsrapport tussentijdse herziening meerjarenplan geldt meteen ook als opvolgingsrapportering 2024. Het laat de raadsleden toe om de uitvoering van de prioritaire actieplannen in 2024 inhoudelijk op te volgen (zie strategische nota) en om de evolutie van de uitgaven en ontvangsten van het lopende jaar op te volgen (zie documentatiebundel, schema T1 en T2).
● Het ontwerp herziening meerjarenplan 2020-2025 wordt besproken in de raadscommissie financiën op 24 juni 2024.
Juridische gronden
● Artikelen 249 t.e.m. 259 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2019.
De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn stemmen over hun deel van elk beleidsrapport. Nadat de raden zo het beleidsrapport elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goed.
● Besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (BVR BBC).
● Ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (MB BBC).
● Omzendbrief KB/ABB 2019/4 van 3 mei 2019 over de strategische meerjarenplannen 2020-2025.
● Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/ van 18 september 2020 over de aanpassing meerjarenplannen 2020-2025 lokale en provinciale besturen.
Adviezen
● Gunstig advies van het managementteam op 10 juni 2024.
Argumentatie
● Het meerjarenplan 2020-2025 is financieel in evenwicht, want het voldoet aan volgende 2 voorwaarden :
○ het geraamd budgettair resultaat is in geen enkel jaar negatief (toestandsevenwicht)
○ de geraamde autofinancieringsmarge voor 2025 is minstens gelijk aan nul (structureel evenwicht)
Bijlagen
● herzieningMJP9_062024_beleidsnota
● herzieningMJP9_062024_documentatie
● herzieningMJP9_062024_toelichting
● ODAA_overzicht_doelstellingen__actieplannen_en_acties_2024_06_05
BESLUIT
Met 14 ja-stemmen van Anne Van Goidsenhoven, Bram Van Baelen, Rudy Janssens, Anja Peeten, Hans Eyssen, Ann Spaepen, Pieter Coosemans, Kim Theys, Kim Donders, Suzy Vanderheyden, Marc Van Looy, Katia Verheyen, Philip De Greef en Tine Binnemans
4 onthoudingen van Herman Van Criekingen, Robbe Dupont, Sabine Wyns en Jacques Toté
Artikel 1.
De gemeenteraad keurt de herziening goed van het meerjarenplan 2020-2025, als bijlage bij dit besluit, zoals op heden, voor deze, vastgesteld door de OCMW-raad.
Hiermee is de herziening van het geïntegreerd strategisch meerjarenplan 2020-2025 van het lokaal bestuur Holsbeek definitief vastgesteld.
Art. 2.
De gemeente
● publiceert het herziene meerjarenplan van de gemeente en het OCMW binnen de 10 dagen na de vaststelling op haar website. Hierbij wordt ook de publicatiedatum vermeld.
● meldt op dezelfde dag de vaststelling aan het Agentschap binnenlands bestuur. Deze melding bevat een link met een rechtstreekse verwijzing naar de publicatie.
Zitting van GRD van 02 07 2024
CREADIV nv - buitengewone algemene vergadering 16 september 2024 - goedkeuring agendapunten - bepaling mandaat
Voorgeschiedenis
● E-mail van CREADIV NV van 3 juni 2024
CREADIV nodigt de gemeentelijk vertegenwoordiger uit voor de buitengewone algemene vergadering op maandag 16 september 2024. Deze Buitengewone algemene vergadering kadert in het project Publi-T.
Feiten en context
● De gemeente Holsbeek is aandeelhouder bij CREADIV NV.
● De gemeente heeft haar vertegenwoordiger reeds aangeduid voor de volledige legislatuur.
● Op 16 september houdt CREADIV een buitengewone algemene vergadering, met volgende agendapunten:
Kennisneming en bespreking van volgende verslagen:
○ Het bijzonder verslag van het bestuursorgaan opgesteld overeenkomstig artikel 7:179, § 1, 1e lid juncto en artikel 7:197, § 1, 1e lid van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen (hierna “WVV”) aangaande de inbreng in natura met uitgifte van aandelen
○ Het verslag van de commissaris van de Vennootschap opgesteld overeenkomstig artikel 7:179, § 1, tweede lid juncto artikel 7:197, § 1, tweede lid WVV aangaande de inbreng in natura met uitgifte van aandelen
Resoluties:
○ Inbreng in natura met uitgifte van aandelen
■ PBE OV heeft de intentie om de schuldvordering op CREADIV nv uit te keren aan haar deelnemende aandeelhouders.
■ In ruil worden nieuwe aandelen van CREADIV nv uitgegeven. Dit aan de waarde van het scheidingsaandeel van CREADIV per 31 december 2022, namelijk 247,00 euro/aandeel.
○ Aanpassing van de statuten overeenkomstig de te nemen resoluties
○ Bijzondere volmacht
● Om de groeiende instroom van hernieuwbare energie te kunnen opvangen, moet Elia de komende jaren in zijn Belgische en Duitse netwerken een ambitieus investeringsprogramma uitrollen voor de uitbreiding van hoogspanningslijnen en de ontwikkeling van aansluitingen op zee. De Belgische verankering in Elia wordt verzekerd door Publi-T.
● Het aandeel van de Vlaamse gemeenten in PUBLI-T (60%) zit momenteel verspreid over de Vlaamse distributienetbeheerders ("DNB’s"), de Vlaamse Energieholding (“VEH”) en enkele Vlaamse gemeenten. Het is de bedoeling om de gemeentelijke belangen te verankeren in 2 “concentratoren”, die het belang op lange termijn kunnen verzekeren in functie van de toekomstige kapitaalbehoeftes van Elia. VEH functioneert al als concentrator voor de belangen in Fluxys via Publigas (14,31%) en wil een gelijkaardige verantwoordelijkheid opnemen binnen Publi-T.
● VEH bv, met zetel te Noordlaan 9, 8820 Torhout, ingeschreven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het nummer 0448.632.324 (RPR Gent, afdeling Oostende) fungeert als holding in het Vlaamse energielandschap. Op heden is VEH eigenaar van 79.700 van de in totaal 446.766 aandelen van soort B2 (“B2 Aandelen”) uitgegeven door PUBLI-T, een coöperatieve vennootschap met zetel te Galerie Ravenstein 4 bus 2, 1000 Brussel, ingeschreven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het nummer 0475.048.986 (RPR Brussel, Nederlandstalige afdeling). De gemeenten hebben reeds een belang in VEH via hun respectievelijke regionale holding (NUHMA AC, EFIN of CREADIV).
● PBE wenst in het kader van deze operatie zijn aandelen Publi-T (35.938 B2 aandelen) te verkopen aan VEH. Een deel van de aandelen (12.485 aandelen) wordt rechtstreeks verkocht aan VEH (tegen 18.190.343,94 euro cash) en het saldo (23.453 aandelen) wordt verkocht via de regionale holding CREADIV. CREADIV zal de verkregen aandelen vervolgens inbrengen in VEH tegen nieuwe aandelen (De DNB’s Fluvius Limburg en Fluvius West verkopen eveneens hun B2 Aandelen aan VEH onder dezelfde voorwaarden). Deze inbreng in natura verloopt als volgt:
○ Provinciale Brabantse Energiemaatschappij, een opdrachthoudende vereniging met zetel te Diestsesteenweg 126, 3210 Lubbeek, België, ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het nummer 0203.563.111 (rechtspersonenregister Leuven) (“PBE”), voornemens om 23.453 B2 Aandelen te verkopen aan CREADIV, een naamloze vennootschap met zetel te Diestsesteenweg 126, 3210 Lubbeek, België, ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het nummer 0472.812.840 (rechtspersonenregister Leuven) (“CREADIV”), waarbij de koopprijs zal blijven openstaan tussen de partijen en een schuldvordering zal vormen van PBE ten opzichte van CREADIV (“Schuldvordering PBE”)
○ Volgend op de verwezenlijking van de verkoop, is PBE voornemens om de Schuldvordering PBE uit te keren aan de deelnemende gemeenten, waarbij aan elk van deze deelnemende gemeenten een deel van de betreffende schuldvordering uitgekeerd zal worden overeenkomstig het aantal winstbewijzen van elke gemeente (de “Dividenduitkering”)
○ Volgend op de Dividenduitkering zijn de deelnemende gemeenten van PBE voornemens om over te gaan tot de inbreng in natura van hun respectievelijk deel van de Schuldvordering PBE in het vermogen van CREADIV in ruil voor nieuwe aandelen uitgegeven door CREADIV
● Deze transactie werd toegelicht aan de gemeenteraadsleden via de infosessies van PBE, voorafgaand aan de organisatie van de algemene vergadering op 25 juni 2024 waarop de verkoop van de aandelen Publi-T wordt goedgekeurd.
● Aan de gemeenteraad worden de volgende punten ter goedkeuring voorgelegd:
○ Akkoord met ontvangst van de voorgenomen uitkering van een interimdividend van PBE in natura, door middel van de overdracht van een schuldvordering van PBE op CREADIV
○ Goedkeuring van de verbintenis om bij ontvangst van de dividenduitkering van PBE, de uitgekeerde schuldvordering in natura in te brengen in het kapitaal van CREADIV
○ Goedkeuring agenda Buitengewone algemene vergadering
Juridische gronden
● Artikel 432 van het Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
De algemene vergadering is samengesteld uit de vertegenwoordigers van de deelnemers. Voor de gemeenten worden ze rechtstreeks aangewezen door de gemeenteraden uit hun leden, en voor de overige deelnemers door de organen die krachtens de wettelijke, reglementaire of statutaire bepalingen, bevoegd zijn tot deelneming of toetreding te beslissen.
● De Wet van 21 december 1994 houdende sociale en diverse bepalingen, artikel 180
● Het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 41, §2, 4° en artikel 386
Argumentatie
● Voor de algemene vergadering van 16 september 2024 moet het mandaat van de gemeentelijke vertegenwoordiger worden vastgelegd of kan, om het ondertekenproces bij de notaris te vergemakkelijken, een volmacht gegeven worden aan Stefan Himpens, secretaris van de buitengewone algemene vergadering.
Financiële gevolgen
● De gemeente zal het voorschotdividend Publi-T tot en met boekjaar 2024 ontvangen via PBE.
● Vanaf boekjaar 2025 zal de gemeente het volledige dividend Publi-T ontvangen via CREADIV. CREADIV zal m.b.t. het dividend Publi-T een gelijkaardig dividendbeleid voeren als PBE zodat deze transactie geen wijziging inhoudt op het dividend dat de gemeente heeft ingeschreven in het meerjarenplan 2020-2025.
● De uitkering in natura van PBE bedraagt 34.171.021 euro. Overeenkomstig het aantal winstbewijzen van de gemeente bedraagt het vooropgestelde interimdividend dat de gemeente Holsbeek zal ontvangen 1.476.940,78 euro.
● Rekening houdende met de inbreng in natura van de Schuldvordering PBE (34.171.021 euro) zal CREADIV 138.344 nieuwe aandelen uitgeven. De nieuwe aandelen zullen recht geven op deelname in de winst van het boekjaar dat een aanvang nam op 1 januari 2024 en afgesloten zal worden op 31 december 2024. De uitgifteprijs bedraagt afgerond 247 euro. Bijgevolg zal gemeente Holsbeek 5.979 nieuwe aandelen in CREADIV ontvangen zonder nominale waarde.
BESLUIT
Eenparig
Artikel 1.
De gemeenteraad verleent zijn akkoord aan de ontvangst van de voorgenomen uitkering van een interimdividend van PBE in natura ten belope van 1.476.940,78 euro, door middel van de overdracht van een schuldvordering van PBE op CREADIV.
Art. 2.
De gemeenteraad verleent z’n goedkeuring om bij ontvangst van het interimdividend van PBE:
● het deel van de Schuldvordering PBE dat uitgekeerd werd aan de gemeente, wetende een schuldvordering van 1.476.940,78 euro ten opzichte van CREADIV (de “Schuldvordering Gemeente”), integraal in natura in te brengen in het kapitaal van CREADIV in ruil voor 5.979 nieuwe aandelen uitgegeven door CREADIV;
● met betrekking tot de Schuldvordering Gemeente geen enkele verrichting anders dan de inbreng vermeld onder bovenstaand punt uit te voeren.
Art. 3.
De gemeenteraad verleent zijn goedkeuring aan de volgende punten van de Buitengewone algemene vergadering m.b.t. inbreng in natura:
● Kennisname van de verslagen:
○ Het bijzonder verslag van de raad van bestuur van 14 mei 2024 opgesteld overeenkomstig artikel 7:179, § 1, eerste lid juncto artikel 7:197, § 1, eerste lid van het wetboek van vennootschappen en verenigingen (hierna WVV) aangaande de inbreng in natura met uitgifte van aandelen vermeld onder agendapunt 1.
○ Het verslag van de commissaris van de Vennootschap opgesteld overeenkomstig artikel 7:179, § 1, tweede lid juncto artikel 7:197, § 1, tweede lid WVV aangaande de inbreng in natura met uitgifte van aandelen vermeld onder agendapunt 1.
● Inbreng in natura met uitgifte van aandelen
○ Verhoging van het kapitaal van de Vennootschap door een bijkomende inbreng in natura van schuldvorderingen, welke wordt gewaardeerd op vierendertig miljoen honderdeenenzeventigduizend eenentwintig euro en (€ 34.171.021), tegen vergoeding van honderdachtendertigduizend driehonderdvierenveertig (138.344) nieuwe aandelen, zonder nominale waarde, met dezelfde rechten als de thans bestaande aandelen en deelnemend in de winst vanaf de aanvang van het lopende boekjaar;
○ Inschrijving op de nieuw uit te geven aandelen en volstorting van de nieuwe aandelen.
○ Vaststelling van de verwezenlijking van de inbreng in natura en van de uitgifte van nieuwe aandelen.
● Aanpassing van de statuten overeenkomstig de te nemen resoluties.
Machtiging aan de bestuurders tot uitvoering van de genomen beslissingen en opdracht aan ondergetekende notaris om de coördinatie van de statuten op te maken en neer te leggen.
● Bijzondere volmacht
De gemeenteraad stelt dhr. Stefan Himpens, secretaris van de Buitengewone Algemene Vergadering aan als haar bijzondere gemachtigde om afzonderlijk op te treden en met recht tot indeplaatsstelling. De gemeenteraad draagt de aangeduide bijzonder gemachtigde op om zijn stemgedrag tijdens de Buitengewone Algemene Vergadering van CREADIV op 16 september 2024 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden en waarbij de agendapunten niet wijzigen) af te stemmen op deze beslissing van de gemeenteraad.
Art. 4.
Afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan:
● secretariaat@efin.be
● gemeentelijke vertegenwoordiger
Zitting van GRD van 02 07 2024
Gemeentelijke basisscholen Nieuwrode/Holsbeek en Kortrijk-Dutsel - niet-gesubsidieerde lestijden sj. 2024-2025 - goedkeuring
Feiten en context
● Bovenop de door de Vlaamse overheid gesubsidieerde lestijden, faciliteert het schoolbestuur de werking van de beide gemeentescholen jaarlijks ook met een aantal lestijden ten laste van het werkingsbudget van de gemeente.
● Voor het schooljaar 2024-2025 vraagt de schoolleiding om volgende lestijden te financieren van het werkingsbudget van de gemeente :
○ 20/36 lestijden voor zorgcoördinatie
○ 7/36 lestijden voor beleidsondersteuning/schoolleiderschap
○ 5/24 LO-uren voor kleuterturnen in GBS De Gobbel
Juridische gronden
● Het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997.
● Het besluit van de Vlaamse regering van 29 april 1992, betreffende de terbeschikkingstelling wegens ontstentenis van betrekking, reaffectatie, de wedertewerkstelling en de toekenning van wachtgeld of wachtgeldtoelage.
● De ministeriële omzendbrief van 18 april 2003 betreffende de hertekening onderwijslandschap basisonderwijs.
Argumentatie
● De voorstellen van de schoolleiding zijn ingegeven om de goede werking en kwaliteit van het gemeentelijk onderwijs te behouden. Het schoolbestuur kan om die reden akkoord gaan met
○ een maximum van 27/36 en 5/24 niet-gesubsidieerde lestijden voor het schooljaar 2024-2025:
■ de toegekende niet-gesubsidieerde lestijden zijn maxima over het volledige schooljaar.
■ 20/36 voor zorgcoördinatie. Het bestuur vindt het belangrijk om in opvolging van de zorgcoördinator in GBS De Gobbel/GBS Het Anker, die medio het schooljaar met pensioen gaat, reeds van bij de start van het schooljaar in opvolging te voorzien, zodat de leerlingen, leerkrachten en ouders doorheen het schooljaar continuïteit ervaren in de zorgondersteuning door eenzelfde coördinator.
■ 7/36 lestijden voor beleidsondersteuning/schoolleider worden toegekend in functie van een continue professionalisering (met onderlinge specialisatie) van het schoolleiderschap, geïntegreerd over de 3 schoolvestigingen heen. Dit wordt vorm gegeven in 1 co-creatief bestuursteam voor de 3 GBS-vestigingen, bestaande uit 3 schoolleiders (2 directeurs, 1 adjunct-directeur) en 1 aanvangsbegeleider.
■ 5/24 niet-gesubsidieerde lestijden zijn nodig voor de inrichting van turnen in alle kleuterklassen van GBS De Gobbel, omwille van terugvallende leerlingenaantallen.
● De nodige kredieten zijn deels voorzien in het budget 2024, en worden deels voorzien in het budget 2025 onder BD6 - GBB 06 - MAR 62070000 - BV 0800.
BESLUIT
Eenparig
Artikel 1.
Het schoolbestuur richt tijdens het schooljaar 2024-2025 niet-gesubsidieerde lestijden in als volgt:
● (maximaal) 27/36 lestijden en 5/24 lestijden van 1 september 2024 tot het einde van het schooljaar. Deze worden ingezet als volgt :
○ 20/36 lestijden voor zorgcoördinatie
○ 7/36 lestijden als directie-ondersteuning
○ 5/24 lestijden voor het inrichten van turnen in alle kleuterklassen van GBS De Gobbel.
Art. 2.
Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Zitting van GRD van 02 07 2024
GBS NH en KD - aanpassing schoolreglementen sj. 2024-2025 - goedkeuring
Feiten en context
● Een schoolbestuur moet voor elk van zijn basisscholen een schoolreglement opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en de leerlingen regelt.
Juridische gronden
● Het decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
● Nieuwe Gemeentewet van 24 juni 1988, artikelen 104 en 119.
● Decreet betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad van 2 april 2004 zoals gewijzigd door het decreet van 4 april 2014 houdende de diverse maatregelen betreffende de rechtspositie van de leerlingen in het basis en secundair onderwijs en betreffende participatie op school.
● Decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 ,afdeling 3bis
● Ministeriële omzendbrief van 17 juni 1997 betreffende van school veranderen in de loop van het schooljaar.
● Ministeriële omzendbrief van 21 december 1998 betreffende het uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs.
● Ministeriële omzendbrief van 10 augustus 2001 betreffende toelatingsvoorwaarden leerlingen in het gewoon basisonderwijs.
● Ministeriële omzendbrief van 8 februari 2002 betreffende informatie bij eerste inschrijving en schoolreglement.
● Ministeriële omzendbrief van 16 augustus 2002 betreffende afwezigheden van leerlingen in het basisonderwijs.
● Ministeriële omzendbrief van 13 juli 2004 betreffende lokale participatieregeling in het basis-en secundair onderwijs.
● Ministeriële omzendbrief van 22 juni 2007 betreffende kostenbeheersing in het basisonderwijs.
● Ministeriële omzendbrief 27 april 2009 betreffende de engagementsverklaring in het basisonderwijs
● Ministeriële omzendbrief van 15 mei 2014 betreffende screening niveau onderwijstaal, taaltraject en taalbad in het gewoon lager onderwijs.
● Ministeriële omzendbrief van 15 mei 2014 betreffende preventieve schorsing, tijdelijke en definitieve uitsluiting van leerlingen in het lager onderwijs vanaf 1 september 2014.
● Ministeriële omzendbrief van 15 mei 2014 betreffende zittenblijven in het basisonderwijs.
● Ministeriële omzendbrief van 15 mei 2014 betreffende overdracht van leerlingengegevens bij schoolverandering.
Argumentatie
● De schoolreglementen van de gemeentelijke basisscholen worden ieder jaar, tegen het begin van elk nieuw schooljaar, geactualiseerd op basis van de informatie van OVSG.
● De schoolreglementen zijn voor de beide GBS identiek. Enkel de infobrochure verschilt op basis van de vestigingspecifieke informatie.
Adviezen
● Overleg in schoolraad van 11 juni 2024
Bijlagen
● Schoolreglement (voor alle vestigingen)
● Infobrochure GBS KD
● Infobrochure GBS NR
● Infobrochure GBS HB
BESLUIT
Eenparig
Artikel 1.
Het schoolreglement voor alle vestigingen, dat als bijlage bij deze beslissing is gevoegd, wordt goedgekeurd. Het treedt in werking op 1 september 2024.
De infobrochure per vestiging maakt telkens integraal deel uit van het schoolreglement.
Dit schoolreglement vervangt bij zijn in werking treden integraal het schoolreglement laatst goedgekeurd door de raad op 27 juni 2023.
Art. 2.
Het schoolreglement gewoon basisonderwijs wordt bij elke inschrijving van een leerling, en nadien bij elke wijziging, ter beschikking gesteld (op papier of via een elektronische drager) aan de ouders, die tekenen voor akkoord.
Zitting van GRD van 02 07 2024
GBS NH en KD - professionaliserings- en nascholingsplan sj. 2024-2025 - goedkeuring
Voorgeschiedenis
● Besluit gemeenteraad van 31 mei 2022
De raad keurt de algemene afspraken, de functiebeschrijvingen en het evaluatiesysteem van het gesubsidieerd personeel in het gemeentelijk basisonderwijs goed.
● Overleg in de schoolraad op 11 juni 2024.
Feiten en context
● Een schoolbestuur moet voor elk van zijn scholen een nascholingsplan maken, voor aanvang van elk schooljaar.
● Het professionaliserings- en nascholingsplan 2024-2025 is een geïntegreerd plan voor de 3 vestigingen van de 2 gemeentelijke basisscholen samen.
Juridische gronden
● Het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997.
● Het decreet lokaal bestuur.
● Het decreet van 08 mei 2009 betreffende de kwaliteit van onderwijs.
● De omzendbrief BaO/2005/12 van 30 juni 2005 inzake puntenenveloppen voor scholen en scholengemeenschappen basisonderwijs: personeelsformatie en personeelsaspecten.
Argumentatie
● Het nascholingsplan 2024-2025 bestaat uit 2 delen:
○ een professionaliseringsplan met teamgerichte nascholingen, waaronder -uitzonderlijk voor het schooljaar 2024-2025- 5 pedagogische studiedagen (halve dagen):
■ 2 studiedagen zijn nodig om het team doorlopend te laten werken aan professionalisering
■ 3 studiedagen zijn nodig om het team intensief te leren werken met de nieuwe leerplannen.
■ Dit schooljaar wordt er voor gekozen om de pedagogische studiedagen steeds op een woensdag te laten doorgaan
○ individuele professionalisering
■ voor specifieke functies van schoolleider, datacoach en zorgcoördinator.
■ de nascholing van de leerkrachten is gericht op het zich eigen maken van de onderwijsvernieuwingen.
Bijlagen
● Professionaliserings- en nascholingsplan voor de gemeentelijke basisscholen HB/NR en KD
BESLUIT
Eenparig
Enig artikel.
De gemeenteraad keurt het professionaliserings- en nascholingsplan voor de beide gemeentescholen, als bijlage bij deze beslissing, goed voor het schooljaar 2024-2025.
Zitting van GRD van 02 07 2024
GBS NH en KD - pedagogische studiedagen - facultatieve vakantiedagen - sj. 2024-2025 - goedkeuring
Voorgeschiedenis
● Overleg in de schoolraad op 11 juni 2024.
Feiten en context
● De gemeenteraad legt jaarlijks de pedagogische studiedagen en de facultatieve vakantiedagen voor de gemeentelijke basisscholen vast vóór het begin van het schooljaar.
Juridische gronden
● Het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997.
● Het decreet van 27 maart 1991 en latere wijzigingen betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde CLB-centra inzonderheid artikel 33§1.
● BVR van 17 april 1991 tot organisatie van het schooljaar in het basisonderwijs en in het deeltijds onderwijs georganiseerd, erkend of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap.
● Omzendbrief BaO/2005/09 van 29 juni 2005 betreffende de personeelsformatie scholen in het Gewoon Basisonderwijs.
Argumentatie
● de facultatieve vakantiedagen worden jaarlijks overlegd met de vrije basisscholen.
● In het schooljaar 2024-2025 stelt de schoolleiding voor om deze pedagogische studiedagen telkens op een woensdag in te richten.
BESLUIT
Eenparig
Artikel 1.
De gemeenteraad legt de pedagogische studiedagen voor het schooljaar 2024-2025 voor GBS Kortrijk-Dutsel en GBS Nieuwrode-Holsbeek als volgt vast :
● woensdag 18 september 2024
● woensdag 9 oktober 2024
● woensdag 27 november 2024
● woensdag 2 april 2025
● woensdag 30 april 2025
Art. 2.
De gemeenteraad legt de facultatieve vakantiedagen voor het schooljaar 2024-2025 voor GBS Kortrijk-Dutsel en GBS Nieuwrode-Holsbeek als volgt vast :
● maandag 30 september 2024
● vrijdag 2 mei 2025.
Art. 3.
De inhoud van dit besluit wordt meegedeeld aan de personeelsleden van het gemeentelijk onderwijs en aan de ouders.
Zitting van GRD van 02 07 2024
GBS NH en KD – aanpassing arbeidsreglement - goedkeuring
Voorgeschiedenis
● Besluit gemeenteraad van 31 mei 2022
De raad keurt het herwerkte arbeidsreglement goed. Dit arbeidsreglement treedt in werking op 1 september 2022 voor de personen die onder gezag arbeid verrichten in de gemeentelijke instellingen:
○ Gemeentelijke Basisschool Kortrijk-Dutsel, Gobbelsrode 5 te 3220 Holsbeek
○ Gemeentelijke Basisschool Nieuwrode Holsbeek, Kortrijksebaan 2 te 3220 Holsbeek
○ Gemeentelijke Basisschool Nieuwrode Holsbeek, Appelweg 4 te 3221 Holsbeek
● Besluit gemeenteraad van 27 juni 2023
De raad keurt het afsprakenkader deconnectie goed. Dit afsprakenkader wordt als bijlage 10 toegevoegd bij het door de raad op 31 mei 2022 goedgekeurde arbeidsreglement.
Feiten en context
● Een goede schoolorganisatie steunt op duidelijke afspraken tussen het personeel en het bestuur.
● Alle personen die onder gezag arbeid verrichten in het gemeentelijk onderwijs, moeten worden geïnformeerd over de voorwaarden die op hun arbeidsverhouding van toepassing zijn.
Juridische gronden
● Wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen, artikelen 1, 4 en 11 tot en met 15sexies.
● Het decreet lokaal bestuur, artikelen 40 en 41.
● Nieuwe gemeentewet van 24 juni 1988, artikel 119.
Argumenten
● Het decreet rechtspositie en het decreet basisonderwijs laten voldoende ruimte om lokaal en autonoom concrete afspraken te maken rond rechten en plichten van het personeel en het schoolbestuur.
● In de praktijk wordt het arbeidsreglement van het personeel van het gemeentelijk basisonderwijs afgestemd met de scholengemeenschap Behoro en wordt het op dit niveau ook geredigeerd voor de 3 betrokken schoolbesturen. Aanpassingen worden ook op niveau van de scholengemeenschap met de vakorganisaties besproken en onderhandeld.
● Aanpassingen zijn ook dit jaar ontleend aan de modelreglementen van OVSG.
Adviezen
● Het arbeidsreglement wordt besproken op het OCSG van 26 juni.
● Het advies van ABOC werd op 26 juni gevraagd, met een protocol van akkoord tot gevolg.
BESLUIT
Eenparig
Artikel 1.
De raad keurt het herwerkte arbeidsreglement, gevoegd als bijlage bij deze beslissing, goed. Dit arbeidsreglement treedt in werking op 1 september 2024 voor de personen die onder gezag arbeid verrichten in de gemeentelijke instellingen:
● Gemeentelijke Basisschool Kortrijk-Dutsel, Gobbelsrode 5 te 3220 Holsbeek
● Gemeentelijke Basisschool Nieuwrode Holsbeek, Kortrijksebaan 2 te 3220 Holsbeek
● Gemeentelijke Basisschool Nieuwrode Holsbeek, Appelweg 4 te 3221 Holsbeek.
Art. 2.
Dit besluit heft bij in werking treden het besluit van de gemeenteraad van 31 mei 2022 op.
Art. 3.
Een afschrift van dit besluit en van het herwerkte arbeidsreglement wordt voor kennisneming bezorgd aan de personen die onder gezag arbeid verrichten in de gemeentelijke instellingen vermeld in artikel 1.
Art. 4.
Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal overleg - Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten
Hans Eyssen Robbe Dupont Rudy Janssens Anne Van Goidsenhoven Tine Binnemans Bram Van Baelen Kim Donders Suzy Vanderheyden Philip De Greef Ria Verstraelen Herman Van Criekingen Katia Verheyen Jacques Toté Kim Theys Anja Peeten Pieter Coosemans Sabine Wyns Ann Spaepen Marc Van Looy Hans Eyssen Robbe Dupont Rudy Janssens Anne Van Goidsenhoven Tine Binnemans Bram Van Baelen Kim Donders Suzy Vanderheyden Philip De Greef Herman Van Criekingen Katia Verheyen Jacques Toté Kim Theys Anja Peeten Pieter Coosemans Sabine Wyns Ann Spaepen Marc Van Looy Pieter Coosemans Bram Van Baelen Kim Donders Katia Verheyen Sabine Wyns Tine Binnemans Hans Eyssen Suzy Vanderheyden Rudy Janssens Philip De Greef Marc Van Looy Herman Van Criekingen Anja Peeten Anne Van Goidsenhoven Ann Spaepen Kim Theys Robbe Dupont Jacques Toté aantal voorstanders: 15 , aantal onthouders: 0 , aantal tegenstanders: 3 Goedgekeurd
Zitting van GRD van 02 07 2024
Stedenbouwkundige verordening meergezinswoningen - goedkeuring wijziging
Voorgeschiedenis
● Gemeenteraadsbeslissing van 10 juli 2012
○ goedkeuring van de stedenbouwkundige verordening meergezinswoningen.
● Collegebeslissing van 11 april 2024 tot aanpassing van de verordening en voorlopige vaststelling van de nieuwe verordening.
Feiten en context
● De huidige verordening meergezinswoningen moet op een aantal punten worden bijgesteld in functie van de voorschriften opgenomen in het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan RUP dorpskernen.
● De verordening meergezinswoningen bakent op zich geen zones meer af waar nieuwbouw van meergezinswoningen wordt toegelaten. De contouren van de zones waar meergezinswoningen mogelijk zijn, zijn opgenomen in het ruimtelijk uitvoeringsplan dorpskernen.
● Advies op het ontwerp is gevraagd via e-mail aan de provincie Vlaams-Brabant en het departement Omgeving op 12 april 2024.
● Het openbaar onderzoek over het ontwerp van deze gemeentelijke verordening liep van 17 mei tot 15 juni 2024.
Juridische gronden
● Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
● Besluit van de Vlaamse Regering houdende regeling van het openbaar onderzoek over stedenbouwkundige verordeningen van 10 februari 2017.
● Artikel 2.3.2, §2 VCRO:
De gemeenteraad kan stedenbouwkundige verordeningen vaststellen voor de materie omschreven in artikel 2.3.1, in artikel 4.2.5 en in artikel 4.4.1, § 3, tweede lid, voor het gehele grondgebied van de gemeente of voor een deel waarvan hij de grenzen bepaalt met naleving van de door de Vlaamse regering en de provincieraad vastgestelde stedenbouwkundige verordeningen.
○ Het college van burgemeester en schepenen is gelast met het opmaken van gemeentelijke stedenbouwkundige verordeningen en neemt de nodige maatregelen tot opmaak.
○ Het college van burgemeester en schepenen legt het ontwerp van stedenbouwkundige verordening voor advies voor aan het departement, de deputatie en aan de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening. Het departement en de deputatie geven advies over de onverenigbaarheid, de strijdigheid of de niet-naleving, vermeld in paragraaf 2/1, derde lid, 1° tot en met 5°. De adviezen worden binnen dertig dagen na de ontvangst van het dossier naar het college van burgemeester en schepenen gestuurd. Als er geen advies is verleend binnen die termijn, mag aan de adviesvereisten worden voorbijgegaan.
○ Het college van burgemeester en schepenen onderwerpt het ontwerp van gemeentelijke stedenbouwkundige verordening aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek duurt dertig dagen en wordt minstens aangekondigd door een bericht in het Belgisch Staatsblad. De Vlaamse Regering stelt nadere regels voor het openbaar onderzoek vast.
○ De gemeentelijke stedenbouwkundige verordening wordt samen met het besluit van de gemeenteraad en het volledige advies van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening binnen tien dagen na de definitieve vaststelling met een beveiligde zending bezorgd aan de deputatie en het departement.
○ De deputatie en de Vlaamse regering beschikken over een termijn van vijfenveertig dagen, die ingaat de dag na de betekening, vermeld in paragraaf 2, achtste lid, om de uitvoering van het besluit van de gemeenteraad tot definitieve vaststelling van de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening te schorsen.
Uitgebrachte adviezen en aanpassingen die werden gedaan op het ontwerp, vooraleer dit ontwerp in openbaar onderzoek is gegaan
● Advies van de Gecoro in vergadering van 7 mei 2024
○ Co-housing : vraag wordt gesteld of er ook voldaan moet worden aan de EPC-normen?
○ De verplichting tot het bouwen van een fietsenstalling lijkt op overreglementering.
○ De Gecoro blijft voorstander van de mogelijkheid om op weloverwogen plaatsen een 3de bouwlaag toe te laten zoals reeds gespecifieerd in voorgaande adviezen op het RUP.
● Behandeling van de adviezen van de Gecoro
○ Een co-housingproject moet ook voldoen aan de EPC-regels. Dit is Vlaamse regelgeving.
○ De verplichting tot het bouwen van een fietsenstalling
■ is niet nieuw. Deze stond ook al in de verordening meergezinswoningen van 2012. Deze wordt hier wat strenger in die zin dat voor een wooneenheid met meer kamers er ook een bijkomende fietsenstalling moet voorzien worden.
■ is geen overreglementering. De provincie vroeg in haar advies over de verordening woonzones buiten de dorpskernen uitdrukkelijk om ook voor eengezinswoningen een fietsenberging te verplichten. A fortiori is dit dan wenselijk voor meergezinswoningen, die ontworpen worden door een projectontwikkelaar en waar de toekomstige bewoners dus vaak niet betrokken zijn bij het bouwproces.
○ De algemene regel betreffende het aantal bouwlagen maakt deel uit van het RUP Dorpskernen en wordt in deze verordening alleen toegepast en verduidelijkt voor meergezinswoningen.
● Advies van de deputatie RMT-RUBY-VER-2024-00010-DEP-01
○ gunstig overwegende dat het ontwerp niet in strijd is met de beleidsopties van het provinciaal Beleidsplan Ruimte Vlaams-Brabant.
● Behandeling adviezen van de deputatie
○ De bepaling dat meergezinswoningen in gesloten en halfopen bebouwing niet toegelaten zijn in Rand Holsbeek, Nieuwrode, en Kortrijk-Dutsel, stond ook al in de verordening van 2012. Deze bepaling blijft behouden.
○ De bepaling over tuinzones bij co-housing (art.4 §2, p.8) was onvolledig in het ontwerp dat voor advies werd voorgelegd aan de provincie. Dit werd aangevuld.
○ De suggestie om de resterende bepaling in artikel 5 te integreren in artikel 3. Dit is aangepast in die zin.
● Advies van departement Omgeving 2.313/24043/101.1
○ Gunstig op voorwaarde dat tegemoet kan gekomen worden aan de geformuleerde opmerkingen.
● Behandeling adviezen van het departement Omgeving
○ Het verschil tussen een kamer en een studio is, rekening houdend met het advies van het departement, in de definities verduidelijkt.
○ De minimumnormen ten aanzien van de oppervlakte van wooneenheden staan reeds in de verordening (art.3 § 1.5 van de verordening van 2012, hernummerd naar § 1.6 in de nieuwe ontwerpverordening).
○ De term ‘afgebakende centra’ is zoals voorgesteld in het advies van het departement, vervangen door ‘zones voor meergezinswoningen’ zoals in het RUP.
● Bezwaarschriften ingediend tijdens het openbaar onderzoek van 17 mei tot 15 juni 2024 en behandeling van deze bezwaarschriften in functie van de bepalingen van de bijgevoegde verordening.
○ Er werden 6 bezwaarschriften ingediend en 1 bemerking t.a.v. het college (nr. 3 CBS).
● Behandeling van de bezwaarschriften
○ De limitatieve opsomming van zones voor meergezinswoningen is te beperkend. Rekening houdend met de demografische evolutie, een groeiend aantal senioren en een groeiend aantal alleenstaanden is meer ruimte nodig voor gestapeld wonen. De demografische vooruitzichten voorzien tussen 2023 en 2033 een stijging van het aantal 67-plussers met 22 % en van het aantal alleenwonenden met 8 %.
Het realiseren van een co-housingproject wordt nagenoeg onmogelijk door de voorliggende regelgeving. Wij vragen om meer mogelijkheden en ruimte te voorzien voor gestapeld wonen en co-housing.
■ De zones voor meergezinswoningen zijn vastgelegd in het RUP Dorpskernen. Deze verordening stelt stedenbouwkundige voorschriften vast binnen die reeds vastgelegde zones.
■ Verdichting door middel van meergezinswoningen op maat van een dorp is wenselijk in de best ontsloten en meest centrale delen van de dorpskernen, dicht bij voorzieningen. Zeker wanneer het over huisvesting specifiek voor senioren gaat, is een inplanting verder van bushaltes en voorzieningen niet wenselijk.
■ De zones voor meergezinswoningen die afgebakend zijn, zijn aanzienlijk (meer dan 4600 m straatlengte, op de meeste plaatsen langs beide zijden van de straat) en bieden voor de komende decennia voldoende ruime mogelijkheden voor een geleidelijke uitbreiding van het aantal meergezinswoningen, zowel appartementen als co-housings. De stelling dat een co-housingproject onmogelijk wordt door de voorliggende regelgeving, kan dan ook niet bijgetreden worden.
■ De voorliggende aanpassing creëert integendeel juist mogelijkheden om een co-housing te realiseren, door aangepaste stedenbouwkundige voorschriften te voorzien die verschillen van de voorschriften voor klassieke appartementen.
○ De bepalingen van art.3 §1.2 (verticaal zijn maximaal 2 gestapelde wooneenheden toegelaten; per meergezinswoning in de zones “Rand Holsbeek”, “Nieuwrode” en “Kortrijk-Dutsel” zijn maximaal 4 wooneenheden toegelaten) beperken het aantal units per gebouw te erg. Om een goede sociale cohesie mogelijk te maken is een voldoende schaalgrootte nodig. Wooncoop en Abbeyfield bepalen de minimale grootte van hun projecten op ongeveer 8 units.
■ Het maximum van 2 bouwlagen met een hellend dak is vastgelegd in het RUP Dorpskernen. Deze stedenbouwkundige verordening formuleert alleen de toepassing daarvan in het geval van meergezinswoningen.
■ Het maximum van 4 wooneenheden per gebouw geldt al sinds 2012 in de vermelde zones. Dit maximum geldt niet in de zones “Holsbeek Plein” en “Holsbeek dorp”. Daar zijn dus, mits het perceel groot genoeg is, cohousing projecten van 8 units of meer mogelijk.
○ De gemeenschappelijke ruimtes in een co-housing kunnen niet beschouwd worden als een “volledige wooneenheid” en moeten dus wel onder het dak of onder het maaiveld voorzien kunnen worden.
■ De gemeenschappelijke ruimtes van een co-housing alleen genomen, zonder de private ruimtes, kunnen inderdaad niet als een volledige wooneenheid beschouwd worden.
■ De bepaling in art. 3, §1.4 ‘Enkel de ruimtes andere dan leefruimtes zijn toegelaten in de bouwlagen onder het dak en in de ruimte onder het maaiveld’ heeft als doel de woonkwaliteit van leefruimtes te bewaken door deze alleen toe te laten in volwaardige bouwlagen met voldoende daglicht en zicht op de omgeving, niet op zolders of in kelders. Deze woonkwaliteit is voor een co-housing even belangrijk als voor appartementen. Het is dus logisch dat deze bepaling ook geldt voor een co-housing.
■ Gemeenschappelijke ruimtes, andere dan leefruimtes, kunnen uiteraard wel ingericht worden in een zolder- of kelderverdieping: zo bv. bergruimte, wasruimte, technische ruimte, hobbyruimte, een gemeenschappelijke slaapkamer voor gasten,…
○ Rekening houdend met de demografische evolutie, een groeiend aantal senioren en een groeiend aantal alleenstaanden, is de bepaling in art.3, §1.6, 2° ‘Binnen elke meergezinswoning mag maximaal 1/3 (afgerond naar het hogere geheel getal) van het aantal wooneenheden een appartement zijn met slechts 1 slaapkamer’, te beperkend.
Deze bepaling kan niet van toepassing zijn op co-housing. In co-housingprojecten voor senioren is een eenslaapkamer-appartement de norm. Een co-housing voorziet immers in voldoende logeerkamer(s) en gemeenschappelijke ruimten. We vragen daarom om ervoor te zorgen dat de bepaling van art.3 § 1.6 niet van toepassing is voor co-housing.
■ Het argument is terecht voor wat betreft co-housing. De ontwerpverordening voorziet dan ook dat de beperking inzake appartementen met slechts 1 slaapkamer niet van toepassing is op cohousing: art.4 §4 2e lid ‘Art.3 § 1.6 en 1.7 zijn niet van toepassing op co-housingprojecten, behoudens hetgeen hierboven in paragraaf 3 bepaald is.’
○ Eén van de basisprincipes van co-housing is het delen van gebruiksvoorwerpen, dat geldt ook voor auto’s. Daarom is het belangrijk om voor de norm van 1,5 parkeerplaatsen per unit een uitzondering te maken voor co-housing, en deze norm aan te passen aan autodelen waarbij de bewoners gebruik maken van een autodeelsysteem.
Bij een co-housing van meer dan 4 woningen is het niet nodig, noch wenselijk om een ondergrondse parkeerplaats te verplichten. Dit drijft immers de kostprijs op.
■ Uiteraard is het zeer wel mogelijk dat de bewoners minder auto’s bezitten dan het aantal voorziene parkeerplaatsen. Er zijn ook bewoners van een eengezinswoning die slechts één wagen hebben, of uitzonderlijk zelfs geen. Daarop kan men evenwel niet de norm baseren. De norm van 1,5 parkeerplaatsen per unit is reeds beperkt. Het is de bedoeling dat ook bezoekers op privaat terrein kunnen parkeren en niet het openbaar domein belasten.
■ De verplichting om ondergrondse parkeerplaatsen te voorzien in een meergezinswoning met meer dan 4 wooneenheden heeft tot doel om te vermijden dat rijen auto’s de ruimte voor of achter een meergezinswoning overheersen.
De verordening voorziet de mogelijkheid dat de vergunningverlenende overheid van deze verplichting kan afwijken indien het bouwen van ondergrondse parkeerplaatsen om stedenbouwkundige of verkeerstechnische redenen niet mogelijk is.
○ Co-housingprojecten, zoals bijvoorbeeld deze van Abbeyfield, richten zich op 55-plussers. Doorgaans zijn dat alleenstaande ouderen die, naast de gemeenschappelijke ruimten, voldoende hebben aan een woning van zo’n 50 m². Een gemiddelde grootte van 70 m² is dan ook duidelijk te veel voor dergelijke projecten.
■ De ontwerpverordening art.4, §4 voorziet dat voor een co-housing de som van de netto-vloeroppervlakte van de gemeenschappelijke binnenruimten en de privatieve woongedeelten samen, gedeeld door het aantal wooneenheden, minimaal 70 m² moet bedragen.
Het is dus geenszins zo dat de privatieve woongedeelten minimum 70 m² groot moeten zijn, zoals de bezwaarindieners lijken te lezen.
Een project met wooneenheden van ‘naast de gemeenschappelijke ruimten, een woning van zo’n 50 m²’ , zoals de bezwaarindieners voorstellen, is dus perfect mogelijk.
Argumentatie
● De gemeente wil :
○ Een goede woonkwaliteit nastreven voor alle toekomstige bewoners van meergezinswoningen in Holsbeek.
○ Duidelijkheid scheppen over de mogelijkheden tot het omvormen van bestaande gebouwen tot meergezinswoning en het bouwen van meergezinswoningen.
○ Een goede ruimtelijke inpassing nastreven van nieuwe projecten in de dorpskernen.
Bijlagen
● 2024-06-17 Verordening meergezinswoningen
BESLUIT
Met 15 ja-stemmen van Anne Van Goidsenhoven, Bram Van Baelen, Rudy Janssens, Anja Peeten, Hans Eyssen, Ann Spaepen, Pieter Coosemans, Herman Van Criekingen, Kim Donders, Sabine Wyns, Suzy Vanderheyden, Marc Van Looy, Katia Verheyen, Philip De Greef en Tine Binnemans
3 neen-stemmen van Kim Theys, Robbe Dupont en Jacques Toté
Artikel 1.
De gemeenteraad keurt de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening meergezinswoningen, als bijlage bij dit besluit, goed (versie 17 juni 2024).
Art. 2
Dit gemeenteraadsbesluit heft bij zijn in werking treden op : de gemeenteraadsbeslissing van 10 juli 2012 met als bijlage de stedenbouwkundige verordening meergezinswoningen.
Art. 3.
De gemeentelijke stedenbouwkundige verordening meergezinswoningen wordt samen met het besluit van de gemeenteraad en het volledige advies van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening binnen tien dagen na de definitieve vaststelling op het DSI geplaatst en met een beveiligde zending ter kennis gegeven aan de deputatie van de provincie Vlaams-Brabant en het departement Omgeving.
Zitting van GRD van 02 07 2024
Verkoop perceeltje grond Geestmolenstraat - verkoop aan PBE voor oprichting cabine - goedkeuring
Voorgeschiedenis
● 28 februari 2023
○ De gemeenteraad keurt de ruil 'om niet' definitief goed van de loten 3 en 4, gelegen hoek Gravenstraat 54/Geestmolenstraat, zoals aangeduid op het opmetingsplan van 6 februari 2023 door beëdigd landmeter Hennau van het landmetersbureel Orison uit Kontich
(bijlage 1), waarbij:
■ lot 3, deel van een oude gemeentelijke wegoverschot, zonder kadastraal nummer, met een gemeten oppervlakte van 44ca, zal afgestaan worden door de gemeente aan VZW De Wissel
■ lot 4, deel van perceel A/36P3, met een gemeten oppervlakte van 44ca, zal verworven worden door de gemeente vanwege VZW De Wissel onder de voorwaarden die VZW De Wissel in zijn bericht van 17 januari 2023 stelt. (bijlage 2)
○ De gemeenteraad keurt goed, op een eigendom langs de Geestmolenstraat, kadastraal gekend Holsbeek, 4de afdeling, perceel A/36P3:
■ het (verbreed) wegtracé van de Geestmolenstraat, gelegen op 4 meter uit de as van de weg
■ de bijhorende grondafstand, zijnde lot 2 (deel van A/36P3) met een gemeten oppervlakte van 17ca, eveneens vermeld door eerder vermeld opmetingsplan.
Feiten en context/argumentatie
● In het besluit van het college van 19 januari 2023, waarbij de ruil van de wegoverschot (lot 3) op de hoek Gravenstraat/Geestmolenstraat met lot 4 in de Geestmolenstraat, principieel werd goedgekeurd, is vermeld dat:
○ lot 4 dient voor de oprichting van een hoogspanningscabine door Fluvius.
○ Fluvius alle kosten die betrekking hebben op de ruil en de grondafstand, ten laste neemt.
● Op 22 april 2024 bezorgt notaris Lerut, aangesteld door Fluvius, de ontwerpakten. Hierin zijn de vooropgestelde ruil, de grondafstand en -na uitvoering van de ruil-, ook de verkoop van lot 4 aan PBE tegen een symbolische euro, beschreven.
Juridische gronden
● Art. 41, §2, 11° van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017
De gemeenteraad is bevoegd voor het stellen van daden van beschikking over onroerende goederen.
Argumentatie
● De overdracht van lot 4 tegen een symbolische euro ter compensatie voor alle kosten nodig om de gehele vooropgestelde grondoverdracht (ruil, grondafstand en verkoop) notarieel te kunnen realiseren (opmaak metingsplan, aanvraag prekadastratie, afbakening terreinen, opmaak notariële akte, registratie- en overschrijvingskosten, ...) is een wederkerig contract, waarbij de beide partijen verplichtingen aangaan die in balans zijn met de verplichtingen van de andere partij. De wederzijdse verplichtingen zijn redelijkerwijs gelijkwaardig en zijn gericht op het openbaar nut, nl. het oprichten van hoogspanningscabine.
Bijlagen
● Ruil1 (002) PBE cabine
● Verkoop gemeente Holsbeek1 (002) PBE cabine
● (bijlage 1) 2024-03-04 juridische metingen, ORISON 12926 J + handtekening
Financiële gevolgen
Budgetsleutel | Geraamde inkomsten |
BD 3 - actie GBB-03 - MAR 70000000 - BV 0200 | 1,00 euro (opbrengst symbolische euro) |
BESLUIT
Eenparig
Artikel 1.
Op 28 februari 2023 keurde de gemeenteraad reeds de ruil en grondafstand goed van de loten 3 en 4, gelegen op het kruispunt Gravenstraat 54/Geestmolenstraat, zoals aangeduid op het opmetingsplan van 6 februari 2023 door landmeterskantoor Orison uit Kontich waarbij :
● lot 3, deel van een oude wegoverschot, wordt afgestaan door de gemeente aan vzw De Wissel
● lot 4, wordt verworven door de gemeente vanwege vzw De Wissel.
● lot 2 door vzw De Wissel wordt afgestaan aan de gemeente
Thans neemt de gemeenteraad kennis van het ontwerp van authentieke akte van notaris Liesbeth Lerut met betrekking tot deze rechtshandelingen. Met dit besluit verklaart de raad zich akkoord met de voorwaarden die opgenomen zijn in deze notariële ontwerpakte.
Art. 2.
De gemeenteraad keurt goed : de verkoop van lot 4 langs de Geestmolenstraat, kadastraal gekend als deel van perceel 4A/36P3, met een gemeten oppervlakte van 44ca, zoals aangeduid op het opmetingsplan van beëdigd landmeter Henneau van het landmetersbureel Orison uit Kontich (bijlage 1).
De gemeenteraad neemt kennis van het ontwerp van notariële akte m.b.t. deze verkoop als bijlage bij dit besluit. De gemeenteraad verklaart zich akkoord met de voorwaarden die opgenomen zijn in deze ontwerpakte.
Art. 3.
De verkoop van lot 4 aan de Provinciale Brabantse Energiemaatschappij geschiedt voor algemeen nut (oprichting van een hoogspanningscabine) en tegen één symbolische euro.
Art. 4.
Alle kosten en/of lasten die betrekking hebben op de ruil, de grondafstand en de verkoop aan PBE (opmaak opmetingsplan met het bijhorend dossier voor de aanvraag van prekadastratie, uitvoeren grensafbakening, dit alles door een beëdigd landmeter, alsook alle kosten aangaande de opmaak van de notariële akte, eventuele handlichtingskosten, registratie- en overschrijvingskosten, …) komen integraal ten laste van de koper/verwerver.
Art. 5.
De voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur of hun vervangers worden gemachtigd om de ontwerp-overeenkomst en de authentieke akte met betrekking tot de verkoop namens de gemeente te ondertekenen.
Art. 6.
Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit.
Zitting van GRD van 02 07 2024
Save charter - goedkeuring actieplan
Voorgeschiedenis
● Besluit van de gemeenteraad van 20 december 2022
○ SAVE-charter - voorstel tot ondertekening
● 13 juni 2023 ondertekening van het SAVE-charter.
Feiten en context
● Ouders van Verongelukte Kinderen (OVK) wenst steden en gemeenten te betrekken bij haar strijd voor meer verkeersveiligheid via het project SAVE Steden en Gemeenten.
● In samenwerking met de projectcoördinatoren van OVK SAVE vzw werd een proces doorlopen waarbij ook het college van burgemeester en schepenen en de verkeersadviesraad betrokken werden.
● Het document omvat de acties om aan de 7 doelstellingen van dit rapport te werken. Na 2 jaar evalueert OVK SAVE vzw de progressie en keert al dan niet het SAVE-label uit.
Juridische gronden
● Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
○ art. 2 “De gemeenten zijn overeenkomstig artikel 41 van de Grondwet bevoegd voor de aangelegenheden van gemeentelijk belang. Voor de verwezenlijking daarvan kunnen ze alle initiatieven nemen. Ze beogen om bij te dragen aan de duurzame ontwikkeling van het gemeentelijk gebied.”
○ art. 40 en 41 betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad
○ art. 56 betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.
Adviezen
● Het advies van de VAR werd gevraagd en is positief voor het plan en de acties.
Argumentatie
● Inspanningen om de verkeersveiligheid te verhogen zijn nuttig.
● De gemeente wil een actieve bijdrage leveren aan de verbetering van de verkeersveiligheid.
Bijlagen
● SAVE-actieplan
BESLUIT
Eenparig
Artikel 1.
De gemeente Holsbeek keurt het SAVE-actieplan, als bijlage bij dit besluit, goed.
Art. 2.
Het SAVE-actieplan wordt overgemaakt aan OVK SAVE vzw.
Zitting van GRD van 02 07 2024
Gemeentelijk toelagereglement - bouw en onderhoud individuele waterzuiveringsinstallaties (IBA) - goedkeuring
Voorgeschiedenis
● Besluit gemeenteraad 28 maart 2023
Herziening van het gemeentelijk toelagereglement voor de bouw van individuele waterzuiveringsinstallaties (IBA) - verhoogde toelage bij de bouw van de installatie.
● Melding van inwoner dat onderdelen van het systeem na jaren werking moeten vervangen worden om nog voldoende te kunnen zuiveren.
○ vraag naar bijkomende subsidie voor het onderhoud van niet meer functionerende onderdelen.
Feiten en context
● Een IBA is een installatie die voorzien is op het zuiveren van zowel grijs als zwart afvalwater. Regenwater moet altijd afgekoppeld worden van de afvalwaterleidingen.
● Het plaatsen van de IBA is een verplichting voor de eigenaar van de woning waar deze te ver ligt om aangesloten te worden op de riolering.
Juridische gronden
● Zoneringsbesluit (besluit van de Vlaamse regering van 10 maart 2006 houdende vaststelling van de regels voor de scheiding tussen de gemeentelijke en de bovengemeentelijke saneringsverplichting en de vaststelling van de zoneringsplannen)
○ opmaak van de zoneringsplannen (ZP) en de gebiedsdekkende uitvoeringsplannen (GUP)
○ gewijzigd door het besluit van de Vlaamse regering van 21 maart 2014
○ herziening mogelijk om de zes jaar
● Opmaak van de stroomgebiedbeheerplannen 2022-2027
● Vlarem II Afdeling 6.2.2.
○ De lozing van huishoudelijk afvalwater in de gewone oppervlaktewateren of in een kunstmatige afvoerweg voor hemelwater is verboden wanneer de openbare weg van openbare riolering is voorzien met uitzondering van lozingen gelegen in het individueel te optimaliseren buitengebied.
○ Voor woningen gelegen in het centrale gebied, collectief geoptimaliseerd buitengebied of collectief te optimaliseren buitengebied kan hiervan worden afgeweken als de afstand tussen de woongelegenheid of het lozingspunt en de openbare riolering meer dan 250 meter bedraagt, of als de aansluiting moet uitgevoerd worden via een of meerdere percelen van derden.
● De lozing van het gezuiverde afvalwater die uit de IBA komt (het effluent) is geregeld in Vlarem II art. 6.9.2.
● Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening betreffende lozing van huishoudelijk afvalwater, aansluiting op de openbare riolering en afkoppelen van hemelwater.
● Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Argumentatie
● Jaarlijks kan een zoneringsplan geactualiseerd worden op basis van de werkelijke toestand.
● De reeks van prioritaire IBA's doet geen afbreuk aan andere wettelijke verplichtingen tot het (onmiddellijk) plaatsen van een IBA conform Vlarem II (bvb. bij nieuwbouw in een individueel te optimaliseren buitengebied of niet gezoneerd gebied, bij de uitzondering op de aansluitplicht op riolering, ...)
● Het blijft dus belangrijk om de uitbouw van de IBA’s aan te houden en zeker niet te laten verwateren.
● In dit kader is het tevens belangrijk om er voor te zorgen dat de IBA's goed blijven functioneren om de Vlarem normen van het effluent te behouden.
○ dit kan door regelmatig onderhoud te laten doen
○ en indien nodig bepaalde delen van het systeem te vernieuwen
○ een kleine financiële stimulans kan helpen om te voorzien in het nodige onderhoud.
Financiële gevolgen
Budgetsleutel | Geraamde uitgave |
BD 3 - actie 0509 - MAR 64902500 - BV 0310 | € 10.000 |
BESLUIT
Eenparig
Artikel 1.
Binnen de perken van de in het meerjarenplan goedgekeurde kredieten voor een werkingsjaar, verleent het gemeentebestuur een toelage voor de bouw en het onderhoud van een individuele waterzuiveringsinstallatie voor de behandeling van het huishoudelijk afvalwater dat afkomstig is van één of meer behoorlijk vergunde gebouwen, die gelegen zijn langs een openbare weg die niet aangesloten is op een openbare waterzuivering en waar de aansluiting op een openbare waterzuivering niet gepland is, of waarvoor de individuele zuivering is opgelegd door het college van burgemeester en schepenen in de omgevingsvergunning.
Art. 2.
Bij aansluiting van verschillende gebouwen mag de vuilvracht niet groter zijn dan 19 inwoner-equivalenten.
Art. 3.
Het moet gaan om een voorbehandeling die gevolgd wordt door een verdergaande biologische zuivering, uitgevoerd overeenkomstig de gemeentelijke verordening betreffende lozing van huishoudelijk afvalwater, aansluiting op de openbare riolering en afkoppelen van hemelwater, en overeenkomstig de code van goede praktijk voor openbare riolen en individuele voorbehandelinginstallaties zoals opgenomen in Vlarem.
Art. 4.
De toelage voor de bouw van de IBA is eenmalig en bedraagt 50 % van de kosten van de installatie, met een maximum van 4000 euro per schijf van 5 inwoners.
Art. 5.
Om de 10 jaar kan voor een bestaande IBA een subsidie aangevraagd worden voor
● het vervangen van essentiële onderdelen van de zuiveringsinstallatie
● het aangaan van een jaarlijks onderhoudscontract
Deze subsidie bedraagt 50% van de gemaakte kosten, met een maximum van 500 euro.
Art. 6.
De aanvraag tot toelage van een nieuwe installatie moet gebeuren minstens 8 dagen voordat met de bouw van de installatie gestart wordt. De aanvraag verloopt via een door de gemeente ter beschikking gesteld formulier met vermelding van :
● naam, adres en telefoonnummer van de aanvrager
● adres van het gebouw waar de kleinschalige waterzuivering zal gerealiseerd worden (gemeente, straat, huisnummer, kadastrale ligging, eventueel lotnummer, eventueel gemeentelijk referentienummer bouwdossier)
● naam en adres van de firma die de waterzuiveringsinstallatie levert
● plan van de waterzuiveringsinstallatie en beschrijving van de werking in het Nederlands
● beschrijving van het verwachtte effluent
● verklaring op eer dat de aanvraag correct werd ingediend en vermelding dat de aanvrager toelating geeft tot controle.
Art. 7.
De in artikel 5 bedoelde aanvraag tot toelage van het onderhoud kan ten vroegste gebeuren 10 jaar na de toekenning van de toelage voor een nieuwe installatie of na de toekenning van de vorige toelage tot onderhoud. Installaties die eerder afgekeurd waren voor de toelage kunnen geen nieuwe toelage bekomen in het kader van onderhoud of vervanging onderdelen.
De aanvraag tot toelage in het kader van het onderhoud van het bestaande waterzuiveringssysteem moet ondersteund worden door een schriftelijk bewijs dat onderhoud is uitgevoerd en met de technische bepalingen van het systeem.
Art. 8.
De toelage wordt uitbetaald na indiening van de eindafrekening en facturen, en controle door de dienst Wonen en omgeving van de gemeente. Indien onregelmatigheden worden vastgesteld, wordt de toelage niet uitgekeerd. Bij afkeuring van de aanvraag of van de installatie heeft de aanvrager de mogelijkheid om binnen het jaar aanpassingen uit te voeren en een nieuwe aanvraag in te dienen.
Art. 9.
Dit besluit treedt in werking op 3 juli 2024. Het heft op die datum het besluit van de gemeenteraad van 28 maart 2023 op.
Zitting van GRD van 02 07 2024
Gemeentelijk (GAS-)reglement - beperking aantal bijenkasten - goedkeuring
Met een arrest nr. 260.465 van 29 juli 2024 beveelt de Raad van State de schorsing van de tenuitvoerlegging bij uiterst dringende noodzakelijkheid van dit besluit van de gemeenteraad van de gemeente Holsbeek van 2 juli 2024 tot goedkeuring van het aanvullend politiereglement - gemeentelijk (GAS-)reglement - beperking van het aantal bijenkasten.
Feiten en context
● De voorbije jaren zijn er meer meldingen van inwoners bij de gemeentediensten in verband met overlast door hoge concentraties aan bijen in de omgeving. Inwoners kunnen de was niet meer buiten ophangen, eten op terras wordt onmogelijk, auto's worden bevuild, zwembaden kunnen niet meer gebruikt worden. Deze meldingen keren regelmatig terug op plaatsen waar in de omgeving een hoog aantal bijenkasten geconcentreerd staat.
● Een bijenkast staat in regel met de wet wanneer deze op 20 meter van de deur van de woning staat (Veldwetboek 88 en wet van 13 juni 2011).
● De wetgever stelt geen grenzen aan het aantal kasten dat men mag opstellen in tuin of bijenstand. Verschillende studies en ook raadgevingen van de Vlaamse Imkersbond die spreken van niet meer dan 10 tot 15 kasten per locatie.
● Vlaams Actieplan voor Wilde Bestuivers 2022-2030
○ 21 gebieden aangewezen als wildebestuiversreservaten o.a. Beninksberg
○ de Beniksberg is gelegen nabij een perceel waarop een hoog aantal bijenkasten staan.
● 22 mei 2024 - Het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) benadrukt op wereldbijendag dat de bijen in gevaar zijn. Bijna één derde van de bijen overleefde vorig jaar niet. De voornaamste doodsoorzaken zijn een parasiet en een bacterie.
● Natuurpunt brengt de bescherming van de wilde bij op de agenda van de milieuadviesraad.
● Er is in het algemeen een groeiende aandacht voor het economische en ecologische belang van bijen in het kader van de biodiversiteit.
Juridische gronden
● Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties en wijzigingen van 24 juni 2013.
○ Art. 2. § 1. De gemeenteraad kan straffen of administratieve sancties bepalen voor de inbreuken op zijn reglementen of verordeningen, tenzij voor dezelfde inbreuken door of krachtens een wet, een decreet of een ordonnantie, straffen of administratieve sancties worden bepaald.
● Gemeentewet van 24/06/1988
○ Artikel 119. De gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen
○ Artikel 135. De gemeenten hebben ook tot taak het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen.
■ 5° het nemen van passende maatregelen om rampen en plagen, zoals brand, epidemieën en epizoötieën te voorkomen en het verstrekken van de nodige hulp om ze te doen ophouden;
■ 6° het verhelpen van hinderlijke voorvallen waartoe rondzwervende kwaadaardige of woeste dieren aanleiding kunnen geven.
■ 7° het nemen van de nodige maatregelen, inclusief politieverordeningen, voor het tegengaan van alle vormen van openbare overlast.
● Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
○ art. 2 “De gemeenten zijn overeenkomstig artikel 41 van de Grondwet bevoegd voor de aangelegenheden van gemeentelijk belang. Voor de verwezenlijking daarvan kunnen ze alle initiatieven nemen. Ze beogen om bij te dragen aan de duurzame ontwikkeling van het gemeentelijk gebied.”
● M.B. 24 oktober 2005 Belgische bedrijven, vestigingseenheden en hun exploitanten moeten geïdentificeerd en hun coördinaten moeten geregistreerd zijn door het Agentschap.
● K.B. van 16 januari 2006 tot vaststelling van de nadere regels van de erkenningen, toelatingen en voorafgaande registraties afgeleverd door het FAVV.
○ Sinds 15 maart 2006 moeten bijenhouders zich bij het FAVV laten registreren. Die verplichting geldt voor alle bijenhouders en staat los van het produceren van honing en de eventuele betaling van een heffing.
○ Elke bijenkast, die zich niet bevindt op het terrein waarop de verantwoordelijke imker woonachtig is, moet permanent identificeerbaar zijn.
Adviezen
● Milieuadviesraden van 8 mei 2023 en 26 maart 2024
○ Schetsen van wetgevend kader, de problematiek inzake concurrentie wilde bij en honingbij en het fourageergedrag met mogelijke gevolgen naar de bewoning.
○ Vraag om in overleg te gaan met de imkers.
○ Inzetten op sensibilisatie dat er vele soorten bijen zijn.
● Participatiemoment met enkele imkers en inwoners die overlast ervaren op 7 mei 2024
○ Oproep via het infoblad en gemeentelijke digitale nieuwsbrief tot participatie.
○ Omwonenden van de percelen waarop de vele bijenkasten staan waren aanwezig en toonden de overlast die ze dagelijks ondervinden vanaf het moment dat de bijen uitvliegen aan de hand van foto's.
● Participatiemoment met de lokale imkers op 6 juni 2024
○ Alle 16 gekende Holsbeekse imkers werden persoonlijk aangeschreven om deel te nemen.
○ Het ontwerp van het reglement wordt positief onthaald.
○ De imkers zijn vragende partij naar een gezonde spreiding van de bijenkasten.
● Advies van INBO
○ Om concurrentie tussen honingbijen en wilde bijen en andere inheemse bestuivers te beperken is het belangrijk het aantal honingbijenkasten binnen een bepaalde oppervlakte te beperken tot maximaal 10 kasten in een cirkel met een straal van 1 km, en een bufferzone van minimaal 1 km waarbinnen geen bijenkasten geplaatst mogen worden rondom belangrijke bestuivergebieden.
● Advies Natuurpunt
○ Extreem zeldzame soorten zoals Composietwespbij, Grote stomptandwespbij, Doornkaakzandbij, Eikenzandbij komen nog voor in Holsbeek.
○ Hier worden idealiter geen honingbijenkasten in of net naast (min afstand 500-1000 m) geplaatst.
● Wetenschappelijke studies ( o.a. EIS Kenniscentrum Insecten)
○ Rekening houden met afstanden tot belangrijke gebieden voor wilde bijen, Europees gemiddelde is 3.1kast /km².
○ Bijenvolken worden beter niet in natuurgebieden geplaatst.
○ Bij te hoge dichtheden kan ook concurrentie optreden binnen de eigen soort.
○ Overdracht ziektes en parasieten.
● Vlaams Bijeninstituut
○ Het is niet aan te raden om zelfs in omgevingen met veel groen meer dan 10 kasten te plaatsen.
○ Een honingbij heeft een grotere actieradius dan de wilde soorten. Een teveel aan honingbijen in een bepaald gebied verhoogt de druk voor heel wat solitaire bijensoorten.
● Koninklijke Vlaamse Imkersbond
○ In dicht bewoonde gebieden kunnen bijen overlast geven in de vorm van bevuiling (reiningsvlucht) en steekgevaar.
○ Het plaatsen van meer dan 10 à 15 bijenvolken op een enkele bijenstand moet worden vermeden.
● FAVV
○ In de databank van het FAVV zijn 16 imkers geregistreerd zijn voor de gemeente Holsbeek.
Argumentatie
● De wetgeving op de Gemeentelijke administratieve sancties (GAS) geeft steden en gemeenten de bevoegdheid om op te treden bij openbare overlast
○ buurtbewoners melden aanzienlijke overlast van grote concentraties bijen in de buurt
○ de gemeenteraad kan een politiereglement opmaken om vormen van overlast die een overtreding inhouden van een gemeentelijk reglement administratief te bestraffen, met een GAS-boete, dus buiten het strafrecht om.
● Het is mogelijk dat door een hoge concentratie aan bijen op een beperkte locatie, deze agressiever kunnen worden uit zelfverdediging of om hun nest te beschermen. Een beperking van het aantal kasten verkleint het risico op overlast voor omwonenden.
● Weinig voedsel betekent sterke onderlinge concurrentie, zwakkere dieren en waardeplanten die regelmatig door anderen dieren bezocht worden met mogelijk verspreiding van ziektes tussen honingbijen en wilde bijen.
● Zorgplicht - Een gemeente is er verantwoordelijk voor een veilige en gezonde leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit voor zijn inwoners alsook voor het vermijden van openbare overlast.
● Duurzame ontwikkeling van het gebied : de gemeente draagt mee zorg voor het behoud van de wilde insecten. Een algemene beperking draagt alzo ook bij hieraan. Verder zet de gemeente in op :
○ sensibilisatie tot gezonde spreiding van de bijenkasten met voldoende afstand van de natuurgebieden.
○ sensibilisatie om tuinen en landerijen groener en biodiverser te maken met meer waardeplanten voor bijen.
○ sensibilisatie om het pesticidengebruik te beperken zodat er minder sterfte is van de bijen.
Bijlagen
● gemeentereglement_bijen_110624
BESLUIT
Eenparig
Artikel 1.
De gemeenteraad keurt het aanvullend politiereglement 'gemeentelijk GAS-reglement - beperking op het aantal bijenkasten', als bijlage bij dit besluit, goed.
Art. 2.
Het politiereglement wordt overgemaakt aan de toezichthoudende overheid.
Art. 3.
Het reglement treedt in werking op 15 juli 2024.
Art. 4.
Overgangsbepalingen worden voorzien om imkers de tijd te geven zich te registreren en een spreiding te zoeken indien ze meerdere bijenkasten hebben.
Zitting van GRD van 02 07 2024
GAS-reglement - kamperen - goedkeuring
Voorgeschiedenis
● Reglement kamperen zomer 2020, goedgekeurd door de gemeenteraad op 23 juni 2020.
Feiten en context
● Tijdelijk je eigendom open stellen om er te laten kamperen kan op het vlak van ruimtelijke ordening beoordeeld worden als een tijdelijke vorm van oneigenlijk gebruik van een terrein.
● Bepaalde vormen van oneigenlijk gebruik van percelen (zgn. “tijdelijke handelingen”) gelegen in niet-kwetsbaar gebied zijn volgens de Vlaamse codex ruimtelijke ordening vrijgesteld van vergunning met een maximum tot 4 keer 30 dagen.
● In ruimtelijk kwetsbare gebieden (o.a. natuurgebieden, Habitat Richtlijn-gebieden, bosgebied) is oneigenlijk gebruik verboden.
● Los van de aspecten van een goede ruimtelijk ordening, zijn er bij het verlenen van toelating om te kamperen op eigen terrein nog een aantal voorwaarden noodzakelijk om de orde te handhaven, brandveiligheid en de volksgezondheid te beschermen. Deze behoren tot de gemeentelijke taakstelling en bevoegdheid.
● Momenteel is er één aanvraag lopend. De afgelopen jaren hebben jeugdgroepen/eigenaars occasioneel geïnformeerd over de mogelijkheden tot een zomerbivak in Holsbeek.
Juridische gronden
● Wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties en wijzigingen van 24 juni 2013.
○ Art. 2. § 1. De gemeenteraad kan straffen of administratieve sancties bepalen voor de inbreuken op zijn reglementen of verordeningen, tenzij voor dezelfde inbreuken door of krachtens een wet, een decreet of een ordonnantie, straffen of administratieve sancties worden bepaald.
● Gemeentewet van 24/06/1988
○ Artikel 119. De gemeenteraad maakt de gemeentelijke reglementen van inwendig bestuur en de gemeentelijke politieverordeningen
○ Artikel 135. De gemeenten hebben ook tot taak het voorzien, ten behoeve van de inwoners, in een goede politie, met name over de zindelijkheid, de gezondheid, de veiligheid en de rust op openbare wegen en plaatsen en in openbare gebouwen.
■ 7° het nemen van de nodige maatregelen, inclusief politieverordeningen, voor het tegengaan van alle vormen van openbare overlast.
● Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017
○ art. 2 “De gemeenten zijn overeenkomstig artikel 41 van de Grondwet bevoegd voor de aangelegenheden van gemeentelijk belang. Voor de verwezenlijking daarvan kunnen ze alle initiatieven nemen. Ze beogen om bij te dragen aan de duurzame ontwikkeling van het gemeentelijk gebied.
● Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en meer specifiek hoofdstuk 7 dat handelt over tijdelijke handelingen en constructies.
● Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen.
● Besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsaanvragen en aanvragen tot verkavelingswijziging.
● Besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot aanwijzing van de instanties die over een vergunningsaanvraag advies verlenen.
● Het Vlaamse Logiesdecreet van 1 april 2017.
Argumentatie
● Het is de taak van de gemeente om de inwoners te beschermen tegen vormen van overlast.
● Tijdelijke kampeerplaatsen kunnen hinderlijk zijn voor de omwonenden indien het aantal kampeerders groot is, er lange tijd na elkaar gekampeerd wordt en/of er onvoldoende controle wordt uitgeoefend.
● Ook om de kampeerder te beschermen zijn een aantal voorzieningen noodzakelijk.
● Een voorzienig lokaal bestuur legt daarom in een reglement best een algemeen kader vast met een aantal voorwaarden waaraan de exploitant/het terrein moet voldoen, bovenop de voorwaarden die Toerisme Vlaanderen mogelijk oplegt in zijn adviezen.
● Het college zal elke individuele toelating voor een tijdelijke kampeerplaats op eigen terrein aanmelden bij de lokale politie.
● De tijdelijke toelating tot kamperen met de voorwaarden moet de exploitant ook duidelijk zichtbaar aanplakken op het terrein.
BESLUIT
Eenparig
Artikel 1.
Het college van burgemeester en schepenen kan individueel kamperen tegen vergoeding op privé terrein of een jeugdkamp (meer dan 20 personen voor een periode van vier of meer dagen) op privé terrein toelaten, indien minimaal voldaan wordt aan volgende voorwaarden :
● periode : het kamperen kan worden toegestaan indien,
○ wat betreft het individueel kamperen tegen vergoeding, het kamperen gebeurt gedurende de maanden juni - juli - augustus – september met een maximum van 90 dagen per locatie en een maximum van 20 personen tegelijk.
○ wat betreft het jeugdkamp, het kamperen gebeurt gedurende de maanden juli - augustus, met een maximum van 14 dagen per locatie en een maximum van 120 personen tegelijk.
● locatie :
○ in kwetsbare gebieden (vb. natuurgebieden) kan geen toelating worden gegeven tot kamperen.
○ het terrein moet op minimum 150 m gelegen zijn van woningen, tenzij de bewoners van alle woningen binnen die straal vooraf schriftelijk hun akkoord gegeven hebben.
● de exploitant moet de buren in een straal van 300m tenminste twee weken vooraf informeren.
● voorwaarden met betrekking tot de exploitant
○ de exploitant is eigenaar of huurder van het terrein of beschikt over een geldige uitbatingsovereenkomst
○ de exploitant moet een blanco attest strafregister hebben
● de exploitant moet een aanwezigheidsregister bijhouden (naam, adres, geboortedatum).
● voorwaarden met betrekking tot de exploitatie :
○ het terrein/de tijdelijke infrastructuur moet proper onderhouden worden.
○ drinkbaar water en sanitair moeten voorzien worden
○ vuil water moet ingezameld worden en reglementair afgevoerd worden
○ afval moet zorgvuldig gerecycleerd worden, overeenkomstig de geldende regelgeving
○ het gebruik van biologisch afbreekbare producten is verplicht voor het wassen, afwassen en eventueel poetsen
○ een burgerlijke aansprakelijkheidsverzekering m.b.t. de exploitatie moet zijn afgesloten.
○ de exploitant stelt informatie ter beschikking van de toerist.
○ het logies voldoet aan de openings- en exploitatievoorwaarden die de Vlaamse regering oplegt op het vlak van uitrusting, inrichting en specifieke veiligheidsaspecten. Toerisme Vlaanderen kan hier een afwijking verlenen.
○ kampvuur/vuurkorven/open vuur zijn verboden
○ barbecue, koken: enkel het gebruik van gasbarbecues is toegelaten.
○ voldoende parkeermogelijkheden moeten op eigen terrein voorzien en ingericht worden
○ het terrein is enkel toegankelijk voor de kampeerders en de exploitant (niet voor gasten)
● de gemeentelijke reglementen inzake GAS en geluidshinder zijn onverminderd van toepassing.
Art. 2.
De aanvraag om toelating
● moet uiterlijk 6 weken voor opening van het tijdelijk kampeerterrein toekomen bij het college van burgemeester en schepenen
● bij de aanvraag moeten volgende documenten gevoegd worden :
○ huishoudelijk reglement
○ aantal tenten
○ inrichtingsplan terrein
○ parkeerplan
○ verzekeringsattest
○ advies brandweer
○ advies Toerisme Vlaanderen
○ akkoord van de omwonenden.
De toestemming om tijdelijke kampeerplaatsen in te richten verleend door het college van burgemeester en schepenen moet duidelijk zichtbaar van op het openbaar domein worden aangeplakt door de exploitant gedurende de volledige uitbatingsperiode.
Art. 3.
§1. Indien de door de gemeenteraad of het college gestelde voorwaarden niet nageleefd worden, of indien het kamperen aanleiding geeft tot overmatige hinder voor de omgeving, kan de toelating te allen tijde ingetrokken worden door de burgemeester.
§2. Kamperen zonder de toelating zoals bedoeld in artikel 1 van dit reglement wordt bestraft met een administratieve geldboete ten laste van de exploitant van maximum 500 euro per vaststelling. Er kan maximum één vaststelling per kalenderdag gebeuren.
Art. 4.
Dit reglement wordt bekendgemaakt conform de bepalingen van het decreet lokaal bestuur.
Zitting van GRD van 02 07 2024
Inventaris onroerend erfgoed - addendum - goedkeuring
Voorgeschiedenis
● Gemeenteraadsbesluit van 23 april 2024
De gemeenteraad stelt de gemeentelijke inventaris onroerend erfgoed definitief vast. Met deze beslissing worden 16 panden in de gemeente bijkomend opgenomen in de inventaris onroerend erfgoed.
Feiten en context
● De onroerend erfgoedgemeente Holsbeek was de eerste gemeente in Vlaanderen die een gemeentelijke inventaris onroerend erfgoed heeft vastgesteld. Holsbeek was ook binnen de werking van WinAr pionier.
● Het Agentschap onroerend erfgoed merkte op dat de in april 2024 definitief vastgestelde inventaris onroerend erfgoed van de gemeente Holsbeek nog moet aangevuld worden met enkele vormvereisten uit de regelgeving. Meer bepaald moet de bijlage met de lijst van vastgestelde goederen voor elk van de 16 panden nog worden aangevuld met volgende gegevens :
○ op de lijst met afbakeningen moet expliciet worden vermeld om welk object het exact gaat.
○ de afbakeningen moeten verfijnd worden conform de afspraken voor invoer in de erfgoedtoepassing i.v.m. de aanduidingsobjecten.
○ bij elk aanduidingsobject dat ingevoerd wordt in de toepassingen van het Agentschap moeten telkens de erfgoedkenmerken voorzien bij de aanduidingsobjecten gebruikt worden.
○ de erfgoedwaarden moeten vermeld worden.
● In een overleg van 16 mei 2024 tussen het Agentschap, de intergemeentelijk erfgoedconsulente van WinAr en de onroerenderfgemeente Holsbeek vraagt het Agentschap de OEG Holsbeek om een addendum op te stellen bij het definitieve vaststellingsbesluit van 23 april 2024, waarin de bijkomend gevraagde gegevens worden opgenomen.
Juridische gronden
● Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013.
● Onroerenderfgoedbesluit van 16 mei 2014.
● MB van 17 juli 2015 tot vaststelling van de inventarismethodologie voor de inventaris bouwkundig erfgoed
Argumentatie
● De intergemeentelijk erfgoedconsulente van WinAr stelde inmiddels, in overleg met het Agentschap een nota samen waarin de door de gemeenteraad reeds vastgestelde inventaris bouwkundig erfgoed wordt voorzien van alle gevraagde gegevens.
● Het is wenselijk dat de gemeenteraad van Holsbeek, in opvolging van de opmerkingen van en de bespreking met het Agentschap, deze nota als addendum bij het definitieve vaststellingsbesluit van 23 april 2024 goedkeurt. Op die manier beantwoordt het definitieve vaststellingsbesluit volledig aan de vormvoorschriften die het Agentschap onroerend erfgoed aanhaalt.
Bijlagen
● Addendum gemeenteraadsbesluit van 23 april 2024 tot definitieve vaststelling van de inventaris bouwkundig erfgoed Holsbeek.
BESLUIT
Eenparig
Artikel 1.
De gemeenteraad keurt goed de nota 'addendum gemeenteraadsbesluit 23 april 2024 tot definitieve vaststelling van de inventaris bouwkundig erfgoed Holsbeek', als bijlage bij dit besluit.
Art. 2.
Het bij dit besluit goedgekeurde 'addendum' wordt gevoegd als bijlage bij het definitieve vaststellingsbesluit van de inventaris onroerend erfgoed van de gemeente Holsbeek van 23 april 2024 en maakt er één onlosmakelijk geheel mee uit.
Hans Eyssen Robbe Dupont Rudy Janssens Anne Van Goidsenhoven Tine Binnemans Bram Van Baelen Kim Donders Suzy Vanderheyden Philip De Greef Ria Verstraelen Herman Van Criekingen Katia Verheyen Jacques Toté Kim Theys Anja Peeten Pieter Coosemans Sabine Wyns Ann Spaepen Marc Van Looy Hans Eyssen Robbe Dupont Rudy Janssens Anne Van Goidsenhoven Tine Binnemans Bram Van Baelen Kim Donders Suzy Vanderheyden Philip De Greef Herman Van Criekingen Katia Verheyen Jacques Toté Kim Theys Anja Peeten Pieter Coosemans Sabine Wyns Ann Spaepen Marc Van Looy Bram Van Baelen Herman Van Criekingen Ann Spaepen Anne Van Goidsenhoven Pieter Coosemans Suzy Vanderheyden Rudy Janssens Marc Van Looy Anja Peeten Hans Eyssen Philip De Greef Sabine Wyns Tine Binnemans Kim Donders Katia Verheyen Kim Theys Jacques Toté Robbe Dupont aantal voorstanders: 15 , aantal onthouders: 3 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van GRD van 02 07 2024
OO - recreatiezone Bruul - uitvoering - lastvwd
Zitting van GRD van 02 07 2024
Overheidsopdracht - collector Winge fase 4 - deel A - gemeentelijk aandeel - goedkeuring aangepaste raming
Voorgeschiedenis
● Raadsbesluit van 12 maart 2024
De gemeenteraad keurt de plannen, het bestek met nr. 20676A en de raming goed voor de opdracht "Collector Winge fase 4 - deel A", zoals opgemaakt door ontwerper Infrabo in opdracht van Aquafin nv. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 5.226.607,03 euro excl. btw of 5.420.814,55 euro, incl. btw waarvan,
○ 3.480.973,70 euro excl. btw (recupereerbaar) ten laste van Aquafin nv
○ 1.745.633,33 euro excl. btw (btw deels recupereerbaar) of 1.939.840,85 euro incl. 21% btw ten laste van de gemeente Holsbeek.
Feiten en context
● De aanbestedende overheden sloten op 21 mei 2019 een samenwerkingsakkoord.
● Het betreft een gezamenlijke opdracht waarbij gemeente Holsbeek optreedt in naam van Aquafin nv bij de gunning van de opdracht.
● De ontwerpopdracht voor de opdracht “Collector Winge fase 4 - deel A - gemeentelijk aandeel” werd gegund aan Groep Infrabo nv, Langstraat 65 te 2260 Westerlo.
● In het kader van deze opdracht werd een bestek met nr. INF/2024555 opgesteld door de ontwerper, Groep Infrabo nv, Langstraat 65 te 2260 Westerlo.
Juridische gronden
● Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
● Wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
● Bestuursdecreet van 7 december 2018.
● Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
● Wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
● Wet van 17 juni 2016 en latere wijzigingen inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36, en meer bepaald artikels 2, 36° en 48 die een gezamenlijke realisatie van de opdracht in naam en voor rekening van meerdere aanbesteders toelaat.
● Koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
● Koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
Argumentatie
● De offertes moesten het bestuur ten laatste bereiken op 31 mei 2024 om 10.00 uur.
● Er werden 4 offertes ontvangen.
● De laagst regelmatige inschrijver diende een offerte in met een aanbestedingsprijs van 5.834.452,02 euro excl. btw of 6.073.843,78 euro incl. 21% waarvan,
○ 3.851.125,45 euro excl. btw (recupereerbaar) ten laste van Aquafin nv
○ 1.983.326,57 euro excl. btw (btw deels recupereerbaar) of 2.222.718,34 euro incl. 21% btw
● De offerte overschrijdt hiermee de raming van het gemeentelijk aandeel met 12,5% ten opzichte van de raming goedgekeurd door de gemeenteraad van 12 maart 2024.
● De subsidieerbare posten kennen eveneens een stijging waardoor de te verwachten subsidies ook hoger zullen uitkomen.
Financiële gevolgen
Budgetsleutel | Geraamde uitgaven |
BD3-actie 050304-MAR22400007-BV0200 BD3-actie 050306-MAR22700007-BV0310 | 1.805.371,75 euro incl. btw 417.346.59 euro excl. btw |
Budgetsleutel | Geraamde inkomsten |
BD3-actie 050305-MAR15002000-BV0200 BD3-actie 050307-MAR15002000-BV0310 BD3-actie050325-MAR15002000-BV0200 | 532.798.74 euro incl. btw (fietspaden) 313.009,94 euro excl. btw (riolering zijtakken) 10.000 euro incl. 21% btw (toegankelijke halten) |
BESLUIT
Eenparig
Artikel 1.
De gemeenteraad keurt een aangepaste raming goed van 5.834.452,02 euro (excl. btw) of 6.073.843,78 euro (incl. 21% btw) voor de opdracht “Collector Winge fase 4 - deel A - gemeentelijk aandeel” waarvan :
● 3.851.125,45 euro excl. btw (recupereerbaar) ten laste van Aquafin nv
● 1.983.326,57 euro excl. btw (btw deels recupereerbaar) of 2.222.718,34 euro, incl. 21% btw.
De ontvangsten voor het gemeentelijk aandeel in het kader van subsidieerbare delen van het project (fietspaden, riolering en toegankelijke halten) worden geraamd op 855.808,68 euro incl. 21% btw.
Art. 2.
De uitgaven voor deze opdracht zijn voorzien in het investeringsbudget van 2024, op de budgetcodes
● BD3-actie 050304-MAR22400007-BV0200
● BD3-actie 050306-MAR22700007-BV0310.
Zitting van GRD van 02 07 2024
OO - aankoop LED-schermen - lastvw.
Hans Eyssen Robbe Dupont Rudy Janssens Anne Van Goidsenhoven Tine Binnemans Bram Van Baelen Kim Donders Suzy Vanderheyden Philip De Greef Ria Verstraelen Herman Van Criekingen Katia Verheyen Jacques Toté Kim Theys Anja Peeten Pieter Coosemans Sabine Wyns Ann Spaepen Marc Van Looy Hans Eyssen Robbe Dupont Rudy Janssens Anne Van Goidsenhoven Tine Binnemans Bram Van Baelen Kim Donders Suzy Vanderheyden Philip De Greef Herman Van Criekingen Katia Verheyen Jacques Toté Kim Theys Anja Peeten Pieter Coosemans Sabine Wyns Ann Spaepen Marc Van Looy Jacques Toté Sabine Wyns Kim Theys Herman Van Criekingen Robbe Dupont Anja Peeten Ann Spaepen Philip De Greef Rudy Janssens Kim Donders Marc Van Looy Anne Van Goidsenhoven Bram Van Baelen Pieter Coosemans Katia Verheyen Suzy Vanderheyden Tine Binnemans Hans Eyssen aantal voorstanders: 5 , aantal onthouders: 0 , aantal tegenstanders: 13 Verworpen
Zitting van GRD van 02 07 2024
Masterplan Holsbeek-dorp - onderzoek aankoop site 'restaurant Bobonne'
Dit punt werd verworpen.
Zitting van GRD van 02 07 2024
Nieuws uit de regiovorming - kennisgeving
Zitting van GRD van 02 07 2024
Vragenkwartier
Publicatie LBLOD
De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie werd uitgevoerd.
Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.