Zitting van CBS van 03 01 2019

Notulen vorige zitting

Zitting van CBS van 03 01 2019

Ambtenaar burgerlijke stand - aanduiding dienstjaren 2019-2024

Feiten en context

•         Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd voor het houden van de registers van de burgerlijke stand.

•         In beginsel vervult de burgemeester de functie van ambtenaar burgerlijke stand (afgekort : ABS) zoals voorzien in de Nieuwe Gemeentewet en het Burgerlijk Wetboek.

•         De burgemeester heeft aangegeven dat hij deze functie niet zelf zal opnemen.

Juridische gronden

•         Burgerlijk Wetboek van 21 maart 1804

•         Artikel 125 van de Nieuwe Gemeentewet van 24 juni 1988

•         Artikel 56 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017

Argumentatie

•         Indien de burgemeester niet de functie van ABS opneemt, moet er door het college van burgemeester en schepenen een schepen aangeduid worden die de functie van ambtenaar burgerlijke stand opneemt.

Bijlagen

•         Brief van burgemeester die de functie ABS niet wenst uit te voeren

BESLUIT

Eenparig

Artikel 1.

Het college besluit eerste schepen Rudy Janssens aan te duiden als ambtenaar burgerlijke stand.

Art.2

Bij verhindering wordt hij vervangen door de burgemeester of door een schepen of een raadslid in de volgorde van de onderscheiden benoemingen of rangorde.

Zitting van CBS van 03 01 2019

Aanvraag omgevingsproject - Houwaartsebaan 101 - omgevingsvergunning

Voorgeschiedenis

•         Aanvraag omgevingsvergunning ingediend door de heer Derk-Jan Jager en mevrouw Herlinde Verheyden wonende te Korte Van Ruusbroecstraat 40 te 2018 Antwerpen, werd per beveiligde zending verzonden op 5 oktober 2018.

•         Ontvangstbewijs : 5 oktober 2018

•         Volledigheidsbewijs : 14 november 2018

•         Vergunningen :

◦          Op 26 februari 1963 werd een stedenbouwkundige vergunning afgeleverd voor het bouwen van een woning (met ref. S109 en 285/AB/19).

Feiten en context

•         Ligging van het perceel : Houwaartsebaan 101

•         Kadastrale gegevens : afdeling 4 sectie B nr. 430M.

•         Betreft : Herbouwen van een zonevreemde woning

Juridische gronden

•         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en meer specifiek hoofdstuk II (artikel 4.2.1 tot en met 4.7.26/1) dat handelt over de vergunningsplicht.

•         Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen.

•         Besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsaanvragen en aanvragen tot verkavelingswijziging.

•         Besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot aanwijzing van de instanties die over een vergunningsaanvraag advies verlenen.

•         Besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid.

•         Besluit van de Vlaamse regering van 10 december 2004, houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage.

•         Het Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.

•         Provinciale stedenbouwkundige verordening inzake afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken.

•         Provinciale stedenbouwkundige verordening inzake afkoppeling van hemelwater afkomstig van verharde oppervlakten.

•         Gemeentelijke stedenbouwkundige verordening meergezinswoningen.

•         Het Besluit van de Vlaamse Regering van 9 juni 2017 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake breedband

•         Retributiereglement omgevingsvergunningen van 27 juni 2017 op administratieve stukken is 10 euro met bijkomend de portkosten voor het openbaar onderzoek.

Adviezen

•         De omgevingsambtenaar formuleert zijn standpunt als volgt :

Beschrijving van de bouwplaats, de omgeving en de aanvraag

De bestaande woning staat op een perceel dat zowel aansluit op de Houwaartsebaan als op de Peerse met een inrit op de hoek van beiden. De woning maakt deel uit van een kleine landelijke wooncluster met een 4-tal woningen langsheen de Houwaartsebaan. De oude woning is uitgeleefd maar niet verkrot. Gelet op de noodzakelijke investeringen opteert de aanvrager voor een volledige herbouw. Met de afbraak worden ook alle andere (minderwaardige) bijgebouwen op het terrein gesloopt. Met haar voetafdruk zal de nieuwe woning (terrassen inbegrepen) kleiner zijn dan de bestaande. Tevens wordt de woning een tweetal meter verschoven naar de linkerbuur waarbij de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens nog steeds 5m bedraagt. Door deze verschuiving kan de woning met zijn twee volwaardige woonlagen haar (niet-bewoonbare) kelderverdieping beter in het plaatselijk talud schuiven. Deze kelderverdieping bestaat uit een inkomhal, garage, een bergplaats, een technische ruimte en een koude berging. Gelet op de beperkte daglichttoetreding en de functie van deze ruimten wordt dit kelderverdiep niet als woonlaag beschouwd. Bijkomend wordt aan de nieuwe voorgevel en de zijgevels een beperkte nivellering toegepast (aanvulling) om het oorspronkelijk talud te herstellen en in het aanzicht van de woning slechts twee volwaardige woonlagen te herkennen. De woning wordt afgewerkt met een dakvlak met een hellingsgraad van 12°, opgaand richting de Peerse. De woning zelf heeft een breedte van 8,83m en 10,70m bouwdiepte op de twee verdiepingen. Op het gelijkvloers sluit een buitenterras aan.

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

Met de aanvraag wordt een uitgeleefde maar wel vergunde niet verkrotte zonevreemde woning herbouwd op een licht gewijzigde plaats. Het nieuwe volume blijft kleiner dan 1000m³ en schuift met haar licht gewijzigde inplantingsplaats beter in het bestaand reliëf dat tevens gedeeltelijk hersteld wordt ter afscherming van de ondergrondse kelderverdieping. Het geheel vertegenwoordigt een nieuwe bouwstijl die hedendaagse woonbehoeften verenigt met architectuur. Met het opgaand dak wordt het geheel luchtig open getrokken terwijl het volledig volume ruimschoots binnen het maximaal toegelaten gabariet blijft. De te nivelleren grond dient wel oordeelkundig te worden aangevuld en te worden beplant teneinde erosie tegen te gaan. Dit vormt een voorwaarde in de vergunning.

Deze beoordeling - als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen – houdt rekening met de volgende criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening:

Functionele inpasbaarheid

Het betreft de herbouw van een zonevreemde woning.

Mobiliteitsimpact

De mobiliteitsimpact blijft ongewijzigd. Er is één overdekte en één autostaanplaats op het perceel.

Schaal

De schaal van het volume sluit aan op de schaal van het perceel en blijft binnen het wettelijk toelaatbare maximum van 1000m³.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

Er wordt geen onnodige openruimte verkwist. Minderwaardige bijgebouwen worden verwijderd.

Visueel-vormelijke elementen

Het betreft een nieuw architecturaal type dat zich met haar vormgeving en materiaalgebruik op een interessante manier laat inpassen in de omgeving.

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing.

Het bodemreliëf

De voorgestelde nivelleringen herstellen het oorspronkelijk talud waarin de woning wordt geschoven. Op deze wijze zal de kelderverdieping niet als woonlaag kunnen functioneren en zullen er visueel slechts twee volwaardige bouwlagen waarneembaar zijn. De aanvullingen dienen volgens de regels van de kunst te gebeuren teneinde erosie te vermijden. Een aanplant van deze taluds is noodzakelijk.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Niet van toepassing.

Watertoets

Het voorliggende bouwproject heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied. Bovendien worden er geen belangrijke ondergrondse constructies gebouwd en worden er geen grachten gedempt, overwelfd, ingebuisd of beschoeid, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit wordt gecompenseerd door de plaatsing van een hemelwaterput en infiltratie- voorziening met buffercapaciteit, overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke en provinciale stedenbouwkundige verordening. Hemelwater en afvalwater worden gescheiden afgevoerd.

Voorwaarden

De nivelleringswerken oordeelkundig uit te voeren en voldoende te beplanten teneinde erosie te vermijden.

Het perceel te beperken tot op 4 m uit de as van de Houwaartsebaan en 5m uit de as van de Peerse de aldus vrijkomende grondstrook gratis af te staan aan de gemeente Holsbeek voor opname in het openbaar domein, waarbij de akte uiterlijk dient verleden binnen de drie maanden na goedkeuring van deze grondafstand door de gemeenteraad

Algemene conclusie

Voorwaardelijk gunstig

Argumentatie

•         Het college van burgemeester en schepenen volgt het advies van de omgevingsambtenaar.

BESLUIT

Eenparig

Bijgevolg beslist het college van burgemeester en schepenen in de zitting van 3 januari 2019 het volgende :

•         De aanvraag ingediend door de heer Derk-Jan Jageren en mevrouw Herlinde Verheyden wonende te Korte Van Ruusbroecstraat 40 te 2018 Antwerpen te vergunnen.

•         Volgende voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:

◦          het college van burgemeester en schepenen per aangetekende brief op de hoogte te brengen van het begin van de werkzaamheden of handelingen waarvoor vergunning is verleend, ten minste acht dagen voor de aanvatting van die werkzaamheden of handelingen en einddatum van de werken.

◦          alle schade aan het openbaar domein door hem of anderen veroorzaakt tijdens alle werken te herstellen met inachtneming van alle veiligheidsnormen, en dit binnen de zes weken na de beschadiging, waarna hij het bestuur hiervan in kennis stelt.

◦          zich strikt te houden aan de gemeentelijke verordeningen, goedgekeurd

•         in zitting van 5 juli 2005, onder punt 16

•         in zitting van 9 juni 2015 onder punt 9

(kopieën als bijlage),

◦          van de stedenbouwkundige vergunning pas gebruik te maken als de aanvrager niet binnen vijfendertig dagen, te rekenen vanaf de datum van aanplakking van deze beslissing, op de hoogte werd gebracht van de instelling van een administratief beroep.

◦          de afvoer van het hemelwater afkomstig van het dak (en/of verharde oppervlakte) wordt in overeenstemming gebracht met de gewestelijke verordening op het afkoppelen van dakoppervlaktes (en/of verharde oppervlaktes).

◦          het decreet van 1 juni 2012 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders wordt nageleefd.

◦          de nivelleringswerken oordeelkundig uit te voeren en voldoende te beplanten teneinde erosie te vermijden.

◦          het perceel te beperken tot op 4m uit de as van de Houwaartsebaan en 5m uit de as van de Peerse de aldus vrijkomende grondstrook gratis af te staan aan de gemeente Holsbeek voor opname in het openbaar domein, waarbij de akte uiterlijk dient verleden binnen de drie maanden na goedkeuring van deze grondafstand door de gemeenteraad.

Zitting van CBS van 03 01 2019

Aanvraag omgevingsproject - Hollestraat 5 - advies

Voorgeschiedenis

•         Aanvraag omgevingsvergunning ingediend door Ann Stas namens Van Criekingen-Stas VVZRL gevestigd te Hollestraat 5 te 3220 Holsbeek, werd per beveiligde zending verzonden op 6 november 2018.

•         Ontvangstbewijs : 6 november 2018

•         Volledigheidsbewijs : 8 november 2018

•         Vergunningen :

◦          Op 1 september 1967 werd een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het bouwen van een varkensstal (met ref. K143A en 151/AB/118).

◦          Op 10 april 1970 werd een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het bouwen van een zeugenstal (met ref. K155A of 151/AB/144).

◦          Op 5 oktober 1973 werd een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het bouwen van een mestvarkensstal (met ref. K184A of 151/AB/197).

◦          Op 26 maart 1992 werd een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het bouwen van twee kweekvarkensstallen en het slopen van een bergplaats (met ref. 2185 of 121/AB/10739/91).

◦          Op 1 april 1993 werd een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het bouwen van een vleesvarkensstal met loods (met ref. 2344 of 121/AB/20032/93).

◦          Op 1 april 1993 werd een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het bouwen van een biggenstal en twee vleesvarkensstallen en het slopen van een berging (met ref. 2354 of 121/AB/20362/93).

◦          Op 7 augustus 2003 werd een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het bouwen van een betonnen mestsilo en het aanleggen van verharding (met ref.3842 of 121/AB/108002/03).

◦          Op 31 mei 2012 werd een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het bouwen van een zeugenstal, bouwen van een loods en afbreken van een gedeelte van de bestaande stallen (met ref.5182).

◦          Op 31 januari 2013 werd een stedenbouwkundige vergunning verleend voor het bouwen van een loods en de afbraak van een bestaande loods (met ref.5254).

Feiten en context

•         Ligging van het perceel : Hollestraat 5

•         Kadastrale gegevens : afdeling 2 sectie B nrs. 638M en 639G.

•         Betreft : De aanvraag voorziet het slopen van een biggenstal en bouwen van een nieuwe biggenstal, aanleg van een wasplaats voor voertuigen, plaatsen reinigingsplaats voor sproeimachine en de aanleg van nieuwe erfverharding.

Het bedrijf is een zeugenhouderij.

De inrichting is volgens het gewestplan gelegen in een agrarisch gebied op een afstand van ca.:

▪          +/- 300 m van een woongebied met landelijk karakter,

▪          > 1900 m van een woonuitbreidingsgebied,

▪          > 1300 m van een natuurgebied,

▪          > 1000 m van een habitatrichtlijngebied,

Het bedrijf is niet gelegen in of in de nabijheid van een beschermingszone van een grondwaterwinning. Het bedrijf is ingedeeld volgens klasse 1 en is een GPBV-bedrijf.

Het bedrijf is op dit moment vergund voor het houden van 1534 varkens. Eén van de stallen die nog niet-ammoniakemissiearm is, zal afgebroken worden en ongeveer op dezelfde plaats zal een nieuwe stal gebouwd worden met een biologische luchtwasser.

Het doel van de omgevingsaanvraag is om het aantal vergunningsplichtige plaatsen te verminderen nl. 1166 plaatsen, waarvan 2 beren, 768 guste en dragende zeugen en 396 niet-gedekte jonge zeugen. Daarnaast zal het aantal niet vergunningsplichtige plaatsen verhoogd worden van 2884 naar 4464 plaatsen voor biggen < 10 weken.

Er worden gemiddeld 24.600 varkens per jaar geproduceerd.

Juridische gronden

•         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en meer specifiek hoofdstuk II (artikel 4.2.1 tot en met 4.7.26/1) dat handelt over de vergunningsplicht.

•         Koninklijk Besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen.

•         Besluit van de Vlaamse regering van 5 mei 2000 betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning, verkavelingsaanvragen en aanvragen tot verkavelingswijziging.

•         Besluit van de Vlaamse regering van 5 juni 2009 tot aanwijzing van de instanties die over een vergunningsaanvraag advies verlenen.

•         Besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets, tot aanwijzing van de adviesinstanties en tot vaststelling van nadere regels voor de adviesprocedure bij de watertoets, vermeld in artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid.

•         Besluit van de Vlaamse regering van 10 december 2004, houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage.

•         Het Besluit van de Vlaamse Regering van 5 juli 2013 houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.

•         Provinciale stedenbouwkundige verordening inzake afkoppeling van hemelwater afkomstig van dakvlakken.

•         Provinciale stedenbouwkundige verordening inzake afkoppeling van hemelwater afkomstig van verharde oppervlakten.

Adviezen

Beschrijving van de bouwplaats, de omgeving en de aanvraag

De bouwplaats is gelegen aan de Hollestraat en bevindt zich midden in het agrarisch complex van de landbouwer (varkenskweker) in hoofdberoep. De site bestaat uit verschillende grote zeugenstallen en loodsen, een mestsilo en verschillende verhardingen. De landbouwerswoning bevindt zich eveneens op deze site. Met de aanvraag wordt de bestaande rechthoekige varkensstal, die zich in het midden bevindt, volledig afgebroken en vervangen door een nieuw exemplaar dat door haar inplantingsplaats lichtelijk te wijzigen evenwijdig komt te staan met de grootste stal op het terrein. Een sloopinventaris en sloopopvolgingsplan maakt deel uit van het dossier. In totaal heeft deze nieuwe stal een lengte van 89,08m en een breedte van 18,05m. De kroonlijsthoogte bedraagt 2,87m en de nokhoogte reikt tot een maximale hoogte van 5,63m. Hiermee komt het nieuwe gebouw 0,79m hoger dan het bestaande. Verder wordt er nog een wasplaats voor voertuigen, een reinigingsplaats voor een sproeimachine, een nieuwe infiltratievoorziening en de aanleg van erfverharding voorzien. De bestaande groenaanleg wordt verlengd (haagaanplant) zodat de gehele bedrijfssite omringd wordt.

De bestaande varkenshouderij (vergund voor 1.534 plaatsen waarvan 4 beren, 618 zeugen, 800 andere varkens 20-110kg en 112 varkens >110kg) wordt door de afbraak/nieuwbouw en herschikking binnen de bestaande stallen optimaal gebracht op 1.166 varkens en 4.464 biggen.

Het openbaar onderzoek

Tijdens het openbaar onderzoek van 16 november 2018 tot 15 december 2018 werden geen bezwaren ontvangen.

Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening

De aanvraag beoogt de modernisering van het landbouwbedrijf door de vervanging van een bestaande verouderde biggenstal te vervangen door een nieuwe. Samen met deze werken worden nog aanpassingen uitgevoerd die ten goeden komen aan de bedrijfsvoering zoals een nieuwe wasplaats voor voertuigen en een nieuwe infiltratievoorziening. Het betreft een erkend landbouwbedrijf met bedrijfswoning. De aangevraagde werken beogen een duurzame voortzetting van het landbouwbedrijf.

Varem II afstandsregels

Bestaande situatie : Op basis van de bepalingen van het Vlarem II behaalt de inrichting 119,10 waarderingspunten en dient de minimum afstand 300 meter te zijn. Deze afstand wordt gerespecteerd.

Geplande situatie : Op basis van de bepalingen in Vlarem II behaalt de exploitatie dan 150 waarderingspunten. Er wordt voldaan aan de verbods- en afstandsregels.

Het gehele complex verkrijgt met uitzondering van de ontsluitingen een omringende haagaanplant. De nieuwe haagaanplant dient streekeigen te zijn en mag, waar het de zichtbaarheid voor het in- en uitrijden van de bedrijfssite niet hindert, uitgroeien. Dit wordt opgelegd als voorwaarde in de vergunning.

Gelet op de potentiële geurhinder werd de mer-screening aangevuld met een sterk uitgewerkte geurstudie. Hierin wordt de geur- en stofimpact bestudeerd en ingeschat welke impact het bedrijf heeft op de biodiversiteit. In de addenda wordt ingegaan op de mogelijke mobiliteits-trillings-, geluid- en bodemeffecten. De bedrijfsvoering wordt immers opgedreven tot 1.166 varkens en 4.464 biggen.

Geuremissie

Bestaande toestand : De totale geuremissie van de 3 stallen wordt ingeschat op 47.897 OUe/s .

De bedrijven die zich binnen de 750 m bevinden geven geen cumulatief effect nl.

Gobbelsrode 98    50 runderen

Leempoelstraat 3    50 runderen

Gobbelsrode 117   200 runderen

Geplande situatie : De nieuwe stal (stal V2) wordt ammoniakemissiearm uitgevoerd volgens systeem S1 ( = biologisch luchtwassysteem met 70% of hogere ammoniakemissiereductie). Voordeel ten opzichte van de V-systemen zijn  de hogere reductiepercentages voor geur en stof van de luchtwasser.

De totale geuremissie wordt ingeschat op 45.780 OUe/s . Dit is een daling met 4,4% t.a.v. de huidig, vergunde situatie.

Negatieve geuremissieeffecten op de omgeving wat betreft  individuele berekening

Aanzienlijk negatief :  2 woningen in agrarisch gebied, waaronder de woning van de exploitant,

Negatief effect:  8 woningen gelegen in agrarisch gebied met een concentratie tussen de 5-10 Oue/m³p98.

Negatief effect :  3 woningen gelegen in agrarisch gebied met concentratie tussen de 3-5 Oue/m³p98.

Gedetailleerd overzicht van de geurimpact veroorzaakt door het bedrijf (OUe/m³) als 98P voor huidige en nieuwe situatie ter hoogte van de indicatorwoningen Individuele geurconcentratie (OUe/m³) als 98P

Woning Ligging* Huidige toestand Nieuwe toestand

Bedrijf AG 19,55 12,9

Horebeekstraat 7 AG 14,84 11,13

Horebeekstraat 9 AG 9,38 8,02

Hollestraat 3 AG 8,27 7,31

Gobbelsrode 53 WOLK 2,6 2,39

De geurconcentratie daalt voor alle referentiewoningen in de gewenste toestand. Er moeten geen milderende maatregelen gezocht worden.

Er wordt voldaan aan het geurkader zonder toepassing van de marge. De voorgestelde uit te voeren milderende maatregelen worden als voorwaarden opgelegd.

Stofemissie

Mogelijk stofimpact is afkomstig van ventilatie van de stallen, vullen van voedersilo’s, akkerbewerkingen en verkeer.

PM10-emissie : In de nieuwe situatie is geen enkele woning gelegen binnen de vooropgestelde grenscontouren. De jaarlijkse PM10-emissie door het bedrijf daalt van 234,43 kg naar 229,69 kg wat betreft de stallen.

PM2,5-emissie : Voor PM2,5 werd in 2015 een grenswaarde van een jaargemiddelde van 25 μg/m³ opgesteld. Voor 2020 wordt een indicatieve grenswaarde vooropgesteld van 20 μg/m³. Voor PM2,5 daalt de jaarlijkse emissie van 14,99 kg naar 8,93 kg.

Voor de stofimpact werd berekend dat er geen woningen gelegen zijn binnen de vooropgestelde grenscontourwaarden en het project heeft geen effect op een speciale beschermingszone.

Aldus zijn voor deze beiden geen milderende maatregelen noodzakelijk. Ook voor de in de addenda onderzochte effecten dienen geen verdere bijzondere maatregelen te worden genomen.

Gelet op de compact gehouden bedrijfsvoering, de uitvoering van de milderende maatregelen ter minimalisering van de milieueffecten en de bijkomende aanplant van de haag kan het project in overeenstemming met zijn omgeving worden gebracht.

Impactinschatting verzuring en eutrofiëring

De voortoets onderzoekt momenteel alleen nog maar effecten van verzuring en eutrofiëring via de lucht en effecten door wijzigen van de grondwaterstand op (potentiële) habitats in habitatrichtlijngebied.

Het habitatgebied is gelegen op een afstand van ongeveer 950m t.o.v. het bedrijf.

De ammoniakemissie uit de stallen van het bedrijf Van Criekingen - Stas FV bedraagt in de bestaande situatie 3.366 kg NH3/jaar en in de geplande situatie 2.324 kg NH3/jaar.

De Voortoets kleurde groen wat aangeeft dat er géén waarschijnlijkheid of risico op een betekenisvolle aantasting te verwachten is. Er moet geen passende beoordeling opgemaakt worden.

Grondwaterwinning en verdroging

De grondwaterwinning heeft een diepte van 117 m. Er wordt een debiet aangevraagd van max. 22 m³/dag en 7.915 m³/jaar.

Emissies naar de bodem

Mogelijke bronnen zijn:

•         Stallen en gebouwen;

•         Mestopslagplaatsen : 7753 m³ mengmest in kelders + 145m³ spuiwater + 30m³ kunstmest

•         Opslag van lichte stookolie en diesel :

◦          OGP1: Bovengrondse enkelwandige ingekuipte houder voor 2125 kg diesel met verdeelslang (VS1)

◦          OGP2: Bovengrondse enkelwandige ingekuipte houder voor 2125 kg diesel met verdeelslang (VS2)

◦          OGP3: Bovengrondse enkelwandige ingekuipte houder voor 2805 kg lichte stookolie

◦          OGP4: Bovengrondse enkelwandige ingekuipte houder voor 2805 kg lichte stookolie

◦          OGP5: Bovengrondse enkelwandige ingekuipte houder in groeve voor 4250 kg lichte stookolie

•         Opslag van sproeistoffen (gevaarlijke vloeistoffen en vaste stoffen);

◦          Bovengrondse opslag voor 39 ton vloeibare kunstmeststof

•         Stalling van voertuigen:

•         Reinigingsplaats voor landbouwvoertuigen:

◦          Het reinigen van de landbouwvoertuigen wordt geschat op 20 m³/jaar. De emissies worden beperkt door het toepassen van een slibvangput, KWS-afscheider en coalescentiefilter. Dit bedrijfsafvalwater wordt geloosd in de gracht. Volgens de inkleuring zal op termijn riolering in de straat worden aangelegd.

•         Reinigingsplaats voor sproeimachine:

Het reinigingswater wordt opgevangen in een ondergrondse opslag van 10 m³. Het reinigingswater wordt daarna behandeld door een biofilter-systeem waarvan de vegetatie bestaat uit Zeggeplanten en wilgenscheuten. Nadat het percolaat over de vegetatie-eenheid gestuurd wordt kan het verdampen. Het is niet de bedoeling om het bio-materiaal of substraat te verwijderden maar (2-)jaarlijks bij te vullen in functie van de afbraak van het substraat.

Regenwater

Totale opslag in citernes : 290 m³

Jaarlijks wordt 1.270 m³ regenwater gebruikt in het productieproces.

Stookinstallatie

Bedraagt in totaal van 156 kW.

Geschat gemiddeld verbruik: +/- 30.000 l mazout /jaar.

Deze beoordeling - als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met oog voor de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen – houdt rekening met de volgende criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening:

Functionele inpasbaarheid

Het betreft de uitbreiding van een bestaand landbouwbedrijf gespecialiseerd in het kweken van varkens. Alle voorgestelde werken vinden plaats binnen de huidige bedrijfssite en gebouwconfiguratie.

Mobiliteitsimpact

De mobiliteitsimpact werd onderzocht en zou nagenoeg niet wijzigen.

Schaal

De nieuwbouw blijft aansluiten op de bestaande schaal van het landbouwbedrijf.

Ruimtegebruik en bouwdichtheid

Er is gekozen voor een zeer compacte en functionele bouwvorm. Er wordt geen onnodige openruimte verkwist.

Visueel-vormelijke elementen

Het materiaalgebruik is verantwoord. Ter verbetering van de landschappelijke inkleding wordt een haagaanplant rondom het gehele bedrijf uitgewerkt.

Cultuurhistorische aspecten

Niet van toepassing.

Het bodemreliëf

Er worden geen bijkomende reliëfwijzigingen voorzien.

Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen

Voorkomen van hinder

De ongediertebestrijding wordt door het bedrijf zelf uitgevoerd op het moment dat het probleem zich voordoet. Er zal gebruik gemaakt worden van erkende bestrijdingsmiddelen en toegelaten biociden.

Lichaamsdelen, organen en krengen van kleine dieren worden bewaard in gesloten kadavertonnen. Krengen van dieren worden bewaard op een makkelijk te reinigen en te ontsmetten krengenplaats, uitgevoerd in harde materialen onder een passende, gesloten afdekking uit duurzaam en goed onderhoudbaar materiaal. De afdekking is dermate uitgevoerd dat noch katten of honden of andere dieren en/of insecten zich toegang kunnen verschaffen tot de krengen.

Luchtwasser worden dagelijkse gecontroleerd en bijgehouden in een logboek om de goede werking te verzekeren.

Het landbouwbedrijf is milieuvergunningsplichtig. De ingebruikname van de landbouwgebouwen kan nadat de nodige milieuvergunningen zijn bekomen. Gelet op de projectmer-screeningsnota, waarin dieper werd ingegaan op geur, stof, geluid, mobiliteit, bodem, trillingen, de gebruikte installaties en de afvalstoffen kan worden besloten dat, mits de uitvoering van de voorgestelde milderende maatregelen, de bedrijfsvoering in overeenstemming kan gebracht worden met zijn omgeving en met zijn ligging geen invloed heeft op een speciale beschermingszone.

Preventie tegen ongevallen

Er zijn geen activiteiten en er worden geen producten ontwikkeld die een gevaar voor omwonenden zouden kunnen opleveren. Noodplanning bij abnormale bedrijfsomstandigheden zijn louter bedrijfsinterne maatregelen.

Watertoets

Volgens artikel 8 van het decreet van 18 juli 2003 en latere wijzigingen betreffende het integraal waterbeleid dient de aanvraag onderworpen te worden aan de watertoets. Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 en latere wijzigingen stelt nadere regels vast voor de toepassing van de watertoets. De aanvraag werd getoetst aan de kenmerken van het watersysteem, aan de relevante doelstellingen en beginselen van artikel 5, 6 en 7 van het decreet integraal waterbeleid, en aan de bindende bepalingen van het (deel)bekkenbeheerplan.

Het voorliggende (bouw)project heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied. Bovendien worden er geen belangrijke ondergrondse constructies gebouwd en worden er geen grachten gedempt, overwelfd, ingebuisd of beschoeid, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit wordt gecompenseerd door de plaatsing van een hemelwaterput en infiltratie- voorziening met buffercapaciteit, overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke en provinciale stedenbouwkundige verordening. Hemelwater en afvalwater worden gescheiden afgevoerd.

BESLUIT

Eenparig

Het college van burgemeester en schepenen geeft voorwaardelijk gunstig advies

Voorwaarden :

•         Het gehele complex verkrijgt, -met uitzondering van de ontsluitingen-, een omringende haagaanplant. De nieuwe haagaanplant moet streekeigen zijn en mag uitgroeien, voor zover dit de zichtbaarheid van de weggebruikers of het in- en uitrijden van de bedrijfssite niet hindert.

•         De woning is onlosmakelijk verbonden met het landbouwbedrijf en wordt beschouwd als bedrijfswoning. Het afsplitsen van deze woning in functie van verkoop en/of verhuring kan niet worden toegestaan. De woning staat m.a.w. enkel in functie van het landbouwbedrijf.

•         Alle milderende maatregelen die voortvloeien uit de projectmer-screeningsnota moeten consequent worden uitgevoerd en dit volgens de regels van de kunst.

•         Te voldoen aan de milieuvergunningsplicht alvorens de landbouwgebouwen in gebruik te nemen.

Zitting van CBS van 03 01 2019

Verkavelingsattest 20161 (1/16) - hoek Kerkstraatje-Bruul

Voorgeschiedenis

•         Besluit van 14 april 2016:
Het college levert een verkavelingsvergunning af voor het creëren van 8 loten langs het Kerkstraatje (loten 1 tot en met 6) en Bruul (loten 7 en 8) onder bepaalde voorwaarden
(ref. 2016 1).

•         Besluit van 3 augustus 2017:
Het college levert een stedenbouwkundige vergunning af voor de aanleg van infrastructuurwerken (ref. 201753-5860).

•         Op 13 oktober 2017 levert de provinciale dienst waterlopen een machtiging af voor de aanleg van nutsleidingen naast de Drogebeek.

•         Besluit van 17 oktober 2018:
De gemeenteraad keurt het wegtracé en bijhorende grondafstand goed in bovenvermelde verkaveling.

•         Besluit van 12 juli 2018:
In antwoord op het verzoek van de verkavelaars, laat het college weten dat het verkoopattest slechts kan worden afgeleverd nadat de verkavelaar voldoende financiële zekerheden heeft gesteld die de afwerking van infrastructuur (met name het herstel van de foutief uitgevoerde overwelvingen) kan garanderen aan de toekomstige kopers.

•         Besluit van 18 oktober 2018:
Het college keurt de voorgestelde werken met ramingen goed voor het herstel van de overwelvingen over de Drogebeek en gaat eveneens akkoord om deze samen met de studiekosten financieel te laten waarborgen voor een totaalbedrag van 46.870,56 euro (BTW incl.) door de verkavelaar met een bankgarantie.

Feiten en context

•         Met het oog op de verkoop en bebouwing van de bouwkavels, verzoekt Hugo Theys als gevolmachtigde namens de verkavelaars, om de aflevering van het verkavelingsattest.

Juridische gronden

•         Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, meer bepaald artikel 4.2.16.
 

Argumentatie

•         Bij de aflevering van het verkavelingsattest moet het bestuur nagaan of de verkavelaar aan alle voorwaarden, die in de verkavelingsvergunning werden opgelegd, heeft voldaan.

•         Op 22 januari 2016 bevestigt Proximus dat er voor de geplande verkaveling voldoende telecommunicatie-infrastructuur aanwezig is en dat er geen bijkomende werken dienen te worden uitgevoerd (bijlage 1).

•         Op 7 juni 2017 bezorgde Infrax ons het betalingsattest, waaruit blijkt dat de initiatiefnemer (verkavelaars) de gevraagde tussenkomsten voor het uitbreiden of aanpassen van de nutsleidingen/capaciteitsinname ten behoeve van hun project met referentie HOL-VK-051 heeft vereffend (bijlage 2).

•         Op 17 januari 2018 werd de akte van opgelegde grondafstand verleden door notaris Kurt Geysels uit Aarschot.

•         Op 23 januari 2018 bevestigt De Watergroep via e-mail dat de kosten ter financiering van de waterbevoorrading werden vereffend door de verkavelaar (bijlage 3).
In een brief van 12 februari 2016 wordt er gewezen dat de verkaveling niet gelegen is in een beschermingszone voor waterwinningsgebieden.

•         Op 10 oktober 2018:

◦          bevestigt de provinciale dienst waterlopen per e-mail dat het ontwerpdossier van studiekantoor Kockaerts voor het herstel van de foutief uitgevoerde bruggen kan worden goedgekeurd mits optrekking van de vrije hoogte van de kopmuur en de koker naar 1,40 meter
(bijlage 4A).

◦          bevestigt studiekantoor Kockaerts dat de gewijzigde ingreep geen probleem stelt en de kostenraming niet beïnvloedt (bijlage 4A) zoals aangeduid op het aangepast plan (bijlage 4B)

•         Op 11 december 2018 (ontvangen op 18 december 2018) bezorgt Belfius de gemeente een bankwaarborg ten bedrage van 46.870,56 euro als garantie voor het herstel van de foutief uitgevoerde overwelvingen over de Drogebeek (3) en bijhorende studiekosten (bijlage 5).

•         Op 19 december 2018 bevestigt de ploegbaas openbare werken in een attest dat de verkregen bouwkavels gravitair kunnen aansluiten op de openbare riolering (bijlage 6).

BESLUIT

Eenparig

Enig artikel.

Het college bevestigt dat er tot vervreemding en/of bebouwing mag worden overgegaan van de goedgekeurde bouwkavels (loten 1 tot en met 8) langs het Kerkstraatje en Bruul in de deelgemeente Kortrijk-Dutsel, gekend onder de perceelsnummers B/397r, B/398t, B/398v en B/398w, waarvoor verkavelingsvergunning 20161-1/16 werd verleend op 14 april 2014, mits:

•         naleving van alle voorwaarden vermeld in de verkavelingsvergunning 20161-1/16 van 14 april 2016.

•         de verkavelaar-verkopers, bij de ondertekening van de verkoopaktes, beschikken over een definitief opmetings- en afpalingsplan van de betrokken loten, waarop de exacte afmetingen en groottes van de loten staan vermeld, gekoppeld aan de verplichte prekadastratieformaliteit, dit alles opgemaakt door een beëdigd landmeter.

•         de verkavelaar-verkopers de herstelwerken van de overwelvingen over de Drogebeek conform het goedgekeurd ontwerpdossier zo snel mogelijk laten uitvoeren en dit uiterlijk binnen de 6 maanden na aflevering van het verkavelingsattest.

Zitting van CBS van 03 01 2019

Splitsing - Schaliëndak

Zitting van CBS van 03 01 2019

Evenement - talentenshow - 2 februari 19 - Klein Langeveld 30

Voorgeschiedenis

•         Evenementenformulier ingevuld op 13 december 2018 door Michel Crab namens  En-ga-ged-? op de Plein vzw voor het houden van een talentenshow.

Feiten en context

•         De talentenshow vindt plaats in parochiezaal de Plein, Klein Langeveld 30 op 2 februari 2019 van 19 uur tot 23.30 uur. Toegang is gratis en openbaar.

•         Er wordt gebruik gemaakt van elektronisch versterkte muziek met een maximale geluidsdruk van 85 dB(A).

•         Er is parking voorzien voor bezoekers.

•         Er worden minder dan 250 bezoekers verwacht.

Juridische gronden

•         Het gemeentelijk reglement op geluidshinder goedgekeurd in gemeenteraadszitting van 17 november 2017

◦          Art. 3 - muziek mag geen abnormale hinder veroorzaken, tenzij mits voorafgaande schriftelijke toestemming van de burgemeester of zijn afgevaardigde.

•         Besluit van de Vlaamse regering van 6 februari 1991 houdende vaststelling van het Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning, rubriek 32 inzake geluid.

Argumentatie

•         Indien het evenement zorgt voor overlast in de buurt kan de politie steeds optreden op basis van andere relevante wettelijke bepalingen.

BESLUIT

Eenparig

Artikel 1.

Het college van burgemeester en schepenen staat een afwijking toe op het geluid in het kader van  het gemeentelijk reglement betreffende geluidsoverlast beginnend op zaterdag 2 februari 2019 vanaf 19 uur en eindigend om 23.30 uur.

Het maximale decibel gehalte bedraagt 85 dB(A) Laeq,15 min. 

De verantwoordelijke voor het geluidsniveau moet een duidelijk visuele indicatie hebben van het geluidsniveau. Ofwel wordt een begrenzer gebruikt die zo is afgesteld dat de norm gerespecteerd wordt.

Art. 2.

Buiten de toegestane afwijking in artikel 1, moeten de normen van het gemeentelijk reglement betreffende het geluid worden nageleefd. 

Art. 3.

De geluidsversterkers moeten zodanig worden geplaatst dat geluidsverstrooiing naar buiten tot een minimum beperkt wordt (boxen gericht richting publiek, niet richting omwonenden. Het college raadt aan om dit op voorhand uit te testen).  Ramen en deuren moeten gesloten blijven daar de zaal gelegen is nabij woningen.  

Art. 4.

Alle nodige vergunningen en attesten met betrekking tot brandveiligheid en burgerlijke aansprakelijkheid moeten kunnen worden voorgelegd. Kunnen de correcte vergunningen niet worden voorgelegd, dan behoudt het college zich het recht voor het evenement af te lasten.

Art. 5.

De aanvragers zijn verantwoordelijk voor het aanbrengen van de nodige signalisatie betreffende de parkeergelegenheid en het vrijhouden van voldoende doorgang voor de hulpdiensten.

Zitting van CBS van 03 01 2019

Betalingen - bestellingen - invorderingen

Juridische gronden

•         Artikel 56 van het Decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen gaat op gemeentelijk vlak de verbintenissen aan.

•         Artikels 265 tot en met 272 van het Decreet lokaal bestuur
Deze artikelen regelen de ontvangsten en uitgavencyclus voor het gemeentebestuur.

BESLUIT

Eenparig

Artikel 1.

Betalingen
Het college stelt de mandaten betaalbaar volgens de lijst der aanrekeningen

•         2019/1 voor een bedrag van -399,51 euro

•         2019/2 voor een bedrag van 88.283,22 euro

Art. 2.

Bestellingen
Er zijn geen bestellingen.

Art. 3.

Invorderingen
Het college beslist de ordonnancering van de nrs. 2018/35/VF t.e.m. 2018/37/VF.

Zitting van CBS van 03 01 2019

Interne taakverdeling college - kennisneming afspraken

Feiten en context

•         De aangelegenheden die tot de bevoegdheid van het college behoren, worden onderworpen aan de beraadslaging en besluitvorming van het gehele college en zijn niet vatbaar voor delegatie aan een individueel lid van het college, tenzij krachtens een uitdrukkelijke wettelijke of decretale bepaling.

Juridische gronden

•         Artikel 53 van het Decreet Lokaal Bestuur bepaalt dat het college van burgemeester en schepenen collegiaal beslist.

Argumentatie

•         Voor een goede werking is het wenselijk dat het college onder zijn leden een interne werkverdeling afspreekt, waarbij aan ieder lid een bijzondere verantwoordelijkheid wordt opgedragen om bepaalde onderdelen van het gemeentelijk bestuur op te volgen en voor te bereiden.

•         Deze taakverdeling houdt geen overdracht in van bevoegdheden die aan het college werden toegekend, noch verleent zij enige persoonlijke macht aan de betrokken schepen voor de taken die hem werden toevertrouwd.

BESLUIT

Eenparig

Enig artikel.

De werkzaamheden binnen het college worden als volgt verdeeld:

Hans Eyssen

(burgemeester)

oAlgemene leiding

oFinanciën

oPersoneel

oPolitie en Brandweer

oRuimtelijke Ordening & Wonen

oErediensten

Rudy Janssens

(1e schepen – waarnemend burgemeester)

oBevolking (m.i.v. Burgerlijke Stand)

oOpenbare Werken & Gebouwen

oWaterlopen

oBegraafplaatsen

oErfgoed (m.i.v. Buurtwegen)

oLandbouw

oFeestelijkheden

oInformatica

oArchief

Annelies Vander Bracht

oVerkeer en Mobiliteit

oMilieu – Duurzaamheid – Klimaat – Energie -Dierenwelzijn

oErosiebestrijding

oCultuur (miv Bibliotheek)

oInternationale samenwerking

oEuropese Zaken

oToerisme

Bram Van Baelen

oOnderwijs

oSport

oJeugd

oInformatie

Anne Van Goidsenhoven

(Voorzitter van het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst)

oWelzijn

oSenioren

oGelijke Kansen

oEconomie (KMO)

oWerkgelegenheid

oMarkten en Kermissen